UT-docenten willen AI inzetten, maar missen kennis

| Martin ter Denge

Docenten van de UT willen vaak wel AI gebruiken, maar weten niet hoe. Dat blijkt uit onderzoek van UT’ers Mohammadreza Farrokhnia, Alieke van Dijk en Saba Soleimani, dat ze hielden onder zeventig docenten en vijf opleidingsdirecteuren.

Mohammadreza Farrokhnia

Uit het onderzoek, getiteld Educators’ perceptions of generative AI: Investigating attitudes, barriers and learning needs in higher education, blijkt dat 81,5 procent van de ondervraagde docenten de potentie van generatieve AI zien. Meer dan 70 procent heeft positieve ervaringen met voornamelijk ChatGPT en Copilot bij onderwijsondersteunende taken.

Tegelijk weten ze niet goed hoe ze het zelf effectief moeten inzetten. En doen ze het dus ook nauwelijks; slechts 2,8 procent van de ondervraagden gebruikte het dagelijks en 14,3 procent wekelijks, en dan vooral voor het maken van ondersteunend materiaal zoals opdrachten of quizzen.

Gat

Daardoor kan op den duur een gat ontstaan tussen de benodigdheden van studenten en de vaardigheden van docenten, wat ervoor kan zorgen dat studenten onvoldoende voorbereid zijn op een toekomst waar AI een steeds grotere rol speelt, waarschuwen de onderzoekers.

Twijfels over betrouwbaarheid

Veel docenten hebben hun twijfels bij de betrouwbaarheid van AI-resultaten, blijkt uit het onderzoek. De meesten (22 procent) willen dat eerst goed leren beoordelen. Ook beter begrip van ethische bezwaren en bias was nodig, volgens 19 procent.

Onderzoeker Mohammadreza Farrokhnia snapt de bezwaren wel, al denkt hij dat het een kwestie is van tijd tot dat is opgelost. ‘Je zag bijvoorbeeld OpenAI’s GPT 3.5 nog veel hallucineren en met stelligheid de grootste onzin verkondigen, maar nieuwere versies zijn alweer stukken beter. Het lastige is dat generatieve AI nog volop in ontwikkeling is en dat je er dus geen lesprogramma voor de komende vier jaar op kunt inrichten. Je moet continu bijsturen.’

Impact op denkvermogen

Veel docenten zijn ook bang dat het de ontwikkeling van het eigen denkvermogen van studenten in de weg staat. Die uitkomst lijkt overeen te komen met een open brief die bezorgde hoogleraren onlangs in groten getale ondertekenden. Ook een onderzoek van het Massachusetts Institute of Technology (MIT) wees afgelopen juni uit dat studenten die essays schreven met hulp van ChatGPT aanzienlijk minder verbindingen in hun brein maakten en minder betrokken waren bij hun eigen werk dan degenen die het volledig zelf schreven.

Kop in het zand steken

Farrokhnia is daar niet zo bang voor. ‘Je houdt dan ruimte over voor ander denkwerk. Wel denk ik dat we er, net als met elke nieuwe technologie, iets voor inruilen. Een bekende vergelijking is die van de rekenmachine. Die gebruiken we al jaren zonder erbij na te denken. Handig, maar daardoor worden we minder goed in hoofdrekenen. Tegelijk is bewezen dat rekenmachines moeilijke problemen helpen oplossen, omdat ze je brein vrijhouden voor andere dingen. Zo kan AI ons ook werk uit handen nemen. Als je het goed gebruikt in het onderwijs, kan het juist helpen om denkvaardigheden aan te scherpen.’

Hij voegt toe: ‘Je kunt niet je kop in het zand blijven steken. Studenten gebruiken het hoe dan ook al volop, dat hou je niet meer tegen. Beter is het om duidelijke kaders te stellen hoe ze het mogen gebruiken.’

Daarvoor moet je je wel een beetje verdiepen in de materie, vindt hij. Volgens het onderzoek kunnen docenten die dat doen studenten beter begeleiden in verantwoord gebruik en het begrijpen van ethische bezwaren. Dat maakt ze minder afhankelijk van AI en meer emotioneel betrokken bij hun eigen leerproces.

Volgens hem zouden docenten zich dus meer moeten verdiepen. ‘Het is nu eenmaal een ontwikkeling in het onderwijs. Dat moet je als onderwijzer omarmen. Het gaat uiteindelijk om de student, niet om je eigen voorkeuren. Je hoeft je alleen maar in de voor jouw vakgebied relevante kant te verdiepen.’ De UT’ers uit het onderzoek gaven aan dat ze daar graag kaders voor krijgen.

Geen tijdbesparing

Farrokhnia is uitgesproken voorstander van het gebruik van AI ter ondersteuning van de les en nakijkwerk. ‘Ik ben daar heel open en transparant in. Zo weten mijn studenten waar ze aan toe zijn en wat ik wel en niet toelaatbaar vind.’ Tegelijk geeft hij aan dat hij elke uiting nauwkeurig nakijkt voordat hij zijn feedback stuurt naar de student. ‘Per saldo ben je er even lang mee bezig. Een tijdbesparing levert het dus niet op. Maar het helpt je om vollediger feedback te geven. Soms vergeet het mensenbrein een bepaald verbeterpunt te noemen. Dat vult AI dan feilloos aan. Daardoor is de feedback beter.’

Farrokhnia verwacht niet dat AI de docent overbodig maakt. ‘Uiteindelijk wil je een combi van beide, de menselijke touch van de docent die de student door en door kent, en de precisie van AI. Dat zorgt voor toponderwijs.’

7,5 ton voor groepswerk-AI

In samenwerking met partners uit Eindhoven en de Open Universiteit ontving Farrokhnia onlangs een beurs van 750 duizend euro om een sociale AI-agent voor groepswerk te ontwikkelen. 

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.