Wat te doen met 3 miljoen?

| Rense Kuipers

Wat te doen met 3 miljoen euro? Die vraag leidde woensdagochtend tijdens de universiteitsraadsvergadering tot een uitgebreide discussie tussen college van bestuur en Uraad. Het CvB wil inzetten op het beschikbaar stellen van studiebeurzen. De Uraad twijfelt over de effectiviteit van deze aanpak.

De 3 miljoen euro die jaarlijks beschikbaar komt door het vrijvallen van rentelasten wordt verdeeld onder de faculteiten, ITC uitgezonderd. De vier faculteiten krijgen allen jaarlijks een half miljoen euro te besteden, voor de plannen van het college van bestuur om de masterinstroom te verhogen.

Vliegwieleffect

Het actiever beschikbaar stellen van beurzen zorgt volgens collegevoorzitter Victor van der Chijs voor een substantiële stijging van het aantal internationale studenten. Dit geld is volgens hem bedoeld als extra investering om die stroom aan te zwengelen en de naam van de UT in de internationale markt te versterken.

Waar de Uraad over viel was of deze manier van middelen besteden wel effectief is. Volgens de raad is het ‘vliegwieleffect’ dat het CvB hiermee ambieert niet direct aantoonbaar. Zo beschouwde Dick Meijer van de PvdUT het als een speculatie die niet gestoeld is op de realiteit. ‘Je kunt geld maar een keer uitgeven. Dat kun je ook direct steken in de kwaliteit van opleidingen.’ Meijer werd bijgestaan door Barend Köbben (Campus Coalitie): ‘Echt goede studenten hoef je niet te kopen, die vinden hun weg toch wel.’

Werkdruk

De Uraad ziet het vrijgekomen geld graag ook gebruikt worden om werkdruk te reduceren. Sinds de invoering van het Twents Onderwijsmodel merkt de Uraad een taakverruiming onder het personeel, maar ‘minder handen aan het bed’. Die problemen kwamen ook naar voren in het medewerkersonderzoek.

Waarom er er wel een ‘actieplan verhoging masterinstroom’, maar geen ‘actieplan verlaging werkdruk’ is was dan ook de vraag van de Uraad. Het college zegde toe daarmee aan de slag te gaan en voor de zomer van 2016 een ‘doordacht plan’ om werkdruk te reduceren te presenteren aan de raad.

Stuurknuppel

Tegelijkertijd bleef de vraag hangen wie het geld voor het verhogen van de masterinstroom mag besteden. ‘De stuurknuppel ligt nadrukkelijk bij de faculteiten’, aldus rector Ed Brinksma. ‘Maar tegelijkertijd hebben wij wel de vraag bij de decanen neergelegd om te laten zien wat ze met het geld doen.’

Brinksma beaamde dat zelfgefinancierde beurzen uitgeven geen bodemloze put is. ‘Als je elke student moet kopen, ga je failliet. De vraag is hoe we externe beursproviders aan ons kunnen binden. We gaan ons begeven op een nieuwe markt: internationale instroom en nationale zijinstroom. Daar moeten we een impuls aan geven.’

Het college van bestuur komt hier de volgende universiteitsraadsvergadering op terug.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.