Er gaat 20 miljoen euro vanuit het project naar de UT. Op wat voor manier wordt dat ingezet?
‘Van de 72 miljoen euro die beschikbaar komt voor de regio, gaat er 20 miljoen euro naar de UT tot en met 2030. Het is welkom geld voor de UT, in financieel uitdagende tijden. Daarbij richten we ons onder andere richten op het opleiden van meer studenten, het verbeteren van het lifelong learning-aanbod en het opzetten van een Semicon Learning Center. Het plan is dat dit centrum op de campus komt, waar studenten, zij-instromers en medewerkers van bedrijven samenwerken aan onderzoek en onderwijs.’
‘Veel van de activiteiten pakken we als regio op. We doen het dus samen met Saxion, ROC van Twente, Twente Board en het bedrijfsleven. De crux van Beethoven zit ‘m namelijk in de vraag: wat heeft het bedrijfsleven nodig? Een antwoord daarop is het opleiden van talent voor de chiptechnologiesector. Er gebeurt namelijk al ontzettend veel in Twente in deze sector, maar dat was nog in mindere mate toegespitst op het talentvraagstuk. Om de ambities die er zijn waar te maken, heb je mensen nodig.’
De UT is van plan om meer dan vierhonderd extra studenten op te leiden voor de chiptechsector. Aangezien studenten niet aan bomen groeien, hoe gaat ze dat doen?
‘De prognoses van de opleidingen komen inderdaad niet uit de lucht vallen, daar is in de aanloop naar de plannen goed over nagedacht. Er zijn echter wel uitdagingen als je kijkt naar de werving van studenten, met name die van internationale – met de Wet Internationalisering in Balans. Toch bieden de financiële middelen van Beethoven kansen voor opleidingen om meer in te zetten op wervingsactiviteiten. Maar bijvoorbeeld ook te kijken naar toelatingseisen, de verbetering van doorstroom naar masters, mastertracks beter aan te laten sluiten op het bedrijfsleven en initiatieven op te zetten als gegarandeerde stageplekken en huisvesting.’
'Het zal niet zo zijn dat deze miljoenen alles radicaal omgooien. Het is bedoeld om lopende initiatieven te versterken' - Leontien Kalverda
De UT krijgt dit jaar al 1 miljoen euro voor de uitvoering van de plannen. Gaan we daar al wat van merken?
‘We zitten voornamelijk nog in een opstartfase. Ik ben afgelopen februari begonnen als programmamanager, bij Saxion en ROC van Twente zijn de programmamanagers pasgeleden aangesteld. Het is nu vooral zaak om alle initiatieven die al lopen in kaart te brengen en die vervolgens te gaan versterken. Langzaamaan zal er meer massa en zichtbaarheid zijn. Zo willen we ons richten op studentenwerving via een summerschool in Zuidoost-Azië. Ook de summerschool hier op de campus, met chiptech als thema in 2026, biedt mogelijkheden.’
En in de jaren hierna, in hoeverre zal Beethoven de toon bepalen op de UT?
‘Chiptechnologie is een van de impactdomeinen van de UT, dus die focus gaan we ongetwijfeld terugzien in het profiel van de universiteit. Het zal niet zo zijn dat deze miljoenen alles radicaal omgooien. Het is bedoeld om lopende initiatieven te versterken. Niet alleen bij de opleidingen, maar bijvoorbeeld op het gebied van lifelong learning. Op dat vlak gebeuren al veel goede dingen en er is geld voor beschikbaar via de LLO-Katalysator. Dan is de vraag: hoe kunnen we de Beethoven-middelen inzetten om daarop aan te haken en de regionale chiptechindustrie zo goed mogelijk te bedienen?’
Project Beethoven in feiten en cijfers
- Het kabinet investeert tot 2030 ruim 2,5 miljard euro in de Nederlandse microchipsector
- Dat nadat ASML dreigde om Nederland te verlaten na signalen over de rem op toestroom van internationaal talent
- Van die 2,5 miljard euro is 450 miljoen euro bestemd voor het opleiding van zo’n 33 duizend extra technici
- Verreweg het meeste geld gaat naar de regio Eindhoven. De regio Twente krijgt 72 miljoen euro
- Van die 72 miljoen euro is 20 miljoen euro bestemd voor de UT
- De UT wil stapsgewijs steeds meer technisch talent opleiden, volgens het plan. Dat moet beginnen met 43 extra studenten in 2025, oplopend tot (in totaal) 444 extra studenten per 2030
- In de jaren erna moeten er jaarlijks 86 extra technische studenten instromen en 80 extra afstudeerders de arbeidsmarkt betreden
Waar voorzie je uitdagingen?
‘Tijd. Mensen zijn al ontzettend druk. Ik kan het als programmamanager faciliteren en coördineren, maar ik voer de projecten niet uit. Mensen zijn in ieder geval zeer positief, de wil is er en er liggen veel kansen. Bovendien is het geld er ook, om die kansen te verzilveren. Maar tijd – en prioriteit – is altijd de grote uitdaging.’
Tot slot, wanneer kun je spreken van een succes?
‘We worden niet beoordeeld op aantallen studenten die we extra laten instromen. Natuurlijk zien we dat als een prestatie-indicator, maar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland toetst ons op de activiteiten die we ondernemen. Het is een succes wanneer we genoemde activiteiten goed uitvoeren en daarbij meer talent binnenhalen. Ik ben zelf vooral benieuwd hoe we het talentvraagstuk samen met de andere regionale partners – de onderwijsinstellingen, het bedrijfsleven en de Twente Board – kunnen aanpakken.’