Niet iedereen vindt (direct) een baan in het bedrijfsleven. Ir. Arno Das (29) wel. Hij werkt momenteel bij ingenieursbureau Comprimo in Amsterdam op de afdeling Energy Technology. Als twaio deed hij een opdracht bij DSM. Het volgen van de ontwerpersopleiding bij Procestechnologie leverde hem bij de sollicitatie 'een belangrijke pré' op. Comprimo heeft ruime ervaring met twaio's. Momenteel hebben vier ex-twaio's er een vaste aanstelling. Vanaf 1991 voeren twaio's doorlopend jaaropdrachten uit. Incidenteel levert Comprimo korte opdrachten voor het eerste, cursorische jaar van de tweede fase opleidingen.
Das: 'Comprimo is onderdeel van Stork Engineering & Contracting Group met wereldwijd 3000 medewerkers. Belangrijk is het ontwerpen en uitvoeren van projecten in de olie- en gasindustrie. Research en development vindt in geringere mate plaats. Het ontwikkelingswerk richt zich voornamelijk op mogelijke toepassingen van nieuwe technologieën. Twaio's zijn daarom voor Comprimo erg aantrekkelijk. 'Het is beleid bij Comprimo dat afgestudeerde twaio's voor development functies een meerwaarde hebben. Voor engineering functies worden ingenieurs met alleen een eerste fase opleiding aangetrokken.'
Voor een landelijke presentatie van twaio-opleidingen in mei '94 voerde Das een enquête uit onder 18 twaio's die maximaal 3 jaar werkzaam waren in het bedrijfsleven. In drie gevallen was bij het sollicitatiegesprek sprake van een specifieke vraag naar twaio's. Tien ondervraagden verklaarden voordeel te hebben gehad bij de sollicitatie waarvan drie doorslaggevend. Vaak vormde de opleiding aanleiding voor een uitnodiging tot een eerste gespreksronde, maar individuele technische en sociale vaardigheden gaven uiteindelijk de beslissing tot aanname. Niemand van de ondervraagden ontving een bonus bij aanname. Wel kregen 12 twaio's een verhoogd aanvangssalaris omdat de twee opleidingsjaren als ervaringsjaren werden aangemerkt.
Opvallend was dat een overgrote meerderheid (14) het toekomstperspectief op korte termijn duidelijk aantrekkelijker vond: het type startfunctie was beter dan op grond van alleen een eerste fase verwacht mocht worden. Voor het toekomstperspectief op lange termijn verwachtte een derde van de ondervraagden een constructieve verbetering. De anderen waren van mening dat hier louter individuele kwaliteiten de doorslag zullen geven.
Recente gegevens van de een twaio-opleiding in Eindhoven bevestigen dit algemene beeld. Van de andere twaio-opleidingen aan de UT ontbreekt cijfermateriaal. Volgens prof. dr. ir. J van Amerongen (Mechatronica) is van zijn opleiding 'bijna iedereen vlot aan een goede baan gekomen. De meesten konden zelfs kiezen. Maar ja, mechatronica is dan ook een heel aantrekkelijk vakgebied voor de industrie.'
Prof. Zandbergen (Computational Mechanics) is ook optimistisch maar brengt enkele nuanceringen aan: 'Sommige studenten worden zondermeer aangenomen, terwijl anderen wat langer moeten zoeken. Een enkeling kan niet aan de slag komen. Dan gaat het toch vaak om die mensen die met één woord antwoorden als het met één woord kan. Dan laat je niet zien wat je allemaal kunt, want allemaal hebben ze veel in hun mars. Bij de aanstelling wordt behoorlijk streng geselecteerd.
Zandbergen benadrukt dat hij bij de aanstelling van zijn twaio's geen rekening houdt met de sociale vaardigheden zoals in de evaluatiecommissie is geopperd. 'Ik wil niet optreden als amateur-psycholoog. Verder vind ik dat de opleiding, buiten het kringetje waarin wij ons bewegen, nog niet erg bekend is. Daar moet nog aan gewerkt worden.'
Ir. Marc Aarnink studeerde af bij werktuigbouwkunde op een moment dat er 'weinig kansen waren op de arbeidsmarkt'. Hij ging de opleiding Procestechnologie volgen waar hij in het eerste jaar op het gebied van Chemische Technologie veel vakkennis opdeed. Nu is hij AIO in Delft bij de vakgroep Bioprocestechnologie waar hij zijn WB- en twaio-achtergrond gebruikt voor de toepassing van geïntegreerde scheiding en reactie in een centrifugale vloeistof-chromatograaf.
Aarnink: 'Ik heb destijds gekozen voor de twaio-opleiding in Twente en niet in Delft, waar de studie minder goed is georganiseerd. Ik vond het een zwaktebod dat je eerste fase vakken moest volgen in het eerste studiejaar. In Twente zijn er speciale vakken en je moet meteen met de billen bloot. Alle opdrachten worden binnen een scherpe tijdslimiet afgerond met een verslag en een presentatie. Dat spreekt me erg aan. Als ingenieur ben je al gewend om snel de benodigde brokken informatie te verzamelen om zo tot een algemene onderbouwing te komen.'
Aaarnink stelt dat hij heeft geleerd om snel en efficiënt te werken en om de kwaliteit van dingen te zien. 'De opdrachten in groepsverband zorgen ervoor dat je georganiseerd plannen maakt en de boel goed strak houdt. Wat ik in de twaio-opleiding heb geleerd had ik ook in het bedrijfsleven kunnen leren, maar niet in één jaar. In het bedrijfsleven worden dingen toch snel terzijde gelegd als ze niet helemaal 100% zinvol zijn.' Toch koos na het twaio-schap voor een promotie omdat op de arbeidsmarkt een jaar geleden nog steeds weinig kansen waren. 'Bij de sollicitatie telde veel meer de ontwerpgerichte instelling, de wil om verder te kijken en deervaring met pilot-plants.'
Ir. Arthur Kimmels werkte bij de twaio-opleiding Informatietechnische Componenten (EL) aan een vernieuwd meetapparaat voor huiddoorbloeding ten behoeve van de firma Applied Laser Technologie (ALT) in Maarheeze. Kimmels: 'Ik ga nu bij Philips Lighting in Eindhoven aan de slag met ontwerpwerk voor elektronische schakelingen. De twaio-opleiding heeft me geholpen om de baan te krijgen, want je hebt aantoonbare ervaring opgedaan in een ontwerpprojekt. Eerlijkheidshalve moet ik erbij zeggen dat Philips nu weer veel mensen aanneemt, dus het was relatief gemakkelijk. Mijn aanvangssalaris ligt hoger dan dat van een pas afgestudeerde ingenieur.' Kimmels heeft tijdens de opleiding vooral geleerd hoe dingen niet moeten. 'Als wetenschapper ben je toch geneigd om telkens een deelprobleem te optimaliseren waarbij je de tijd nog wel eens uit het oog verliest. Het bedrijf moet uiteindelijk wel het hele systeem hebben en dat moet je jezelf telkens blijven voorhouden.'
'Bij de vakgroep', aldus Kimmels, 'heb ik veel op een eilandje gewerkt. Het totaalbeeld van de opleiding is weinig gestructureerd. Je zit in een aio-cultuur, want er zijn weinig twaio's. Ik had liever samen met een andere twaio gewerkt, zodat je het idee hebt deel uit te maken van een ontwerpteam. Dat vind ik nu bij Philips erg prettig.' Kimmels gaat ervan uit dat het bedrijf tevreden over hem is. 'Ik heb mijn opdracht altijd als een inspanningsverplichting gezien en dat heb ik waargemaakt. Over het eindprodukt is het bedrijf denk ik niet tevreden; voordat er een compleet apparaat ligt moeten nog praktische problemen opgelost worden. Als ik alles van tevoren had geweten, zou ik toch liever eerst rondgekeken hebben in het bedrijfsleven.'