Dr. L.J. Hanekamp is sinds 1 januari 1995 onderwijsdecaan van de faculteit Technische Natuurkunde en heeft er zin in: voor de zomervakantie moet het nieuwe, vijfjarige curriculum compleet zijn. Hij wil dan ook zeker niet het hele studieprogramma overhoop halen.
Hanekamp bespeurt een zekere contradictie in zijn opdracht: enerzijds moet het programma technisch worden versterkt, anderzijds mag de belasting niet omhoog. Het eerste wil hij bereiken door binnen de huidige vakken het accent te verschuiven richting techniek. Daarnaast moet gedurende elk studiejaar een project plaatsvinden waarin de studenten hun fysische kennis los kunnen laten op een technisch probleem.
Zowel de stage (keuzevak) als het afstudeerproject worden verlengd, respectievelijk tot vier en tot negen maanden. Dit is echter geen verzwaring van het programma, zegt hij met nadruk. De praktijk leert dat studenten daar ook nu al zoveel tijd aan besteden.
Ir. S.F. Van der Meulen coördineert de opzet van de nieuwe projecten. Daarvoor zal binnen de fundamenteel georiënteerde natuurkundefaculteit wel een aandachtsverschuiving moeten plaatsvinden, waarschuwt hij. Bovendien is hij er beducht voor dat de projecten op universitair niveau zijn. Het moet beslist geen 'hobbyclub' worden.
Bedoeling is dat de eerstejaars een instrument ontwerpen, construeren, testen en evalueren. In het tweede jaar dient een computersimulatie te worden gemaakt. Van der Meulen toont een batterij multomappen die een aantal mogelijke opdrachten bevatten, zoals ruimteverwarming of stuurbekrachting. Daarnaast wordt bekeken of het mogelijk is de bestaande practica in het tweede jaar, elektronica en optica, in projectvorm te gieten.
B.Hanekamp (TN)
