De eerste drie jaar van de studie zijn ingericht als 'projectgestuurd blokonderwijs'. Per trimester wordt in groepen van acht een project uitgevoerd dat aansluit op de, in blokken van maximaal twee, te bestuderen theorievakken. Getracht wordt de traditionele practica zoveel mogelijk in de projecten te verwerken (de projectgroepen hebben een eigen werkkamer in de toren van het WB-gebouw. Een verbouwing is noodzakelijk om ook voor de volgende lichtingen studenten voldoende werkplekken te creëren).
Tentamens vinden direct na beëindiging van ieder blok plaats. Een aantal vakken wordt niet meer traditioneel getentamineerd, maar middels het projectwerk beoordeeld. Na de kerst- en paasvakantie mag één herkansing worden gedaan. De officiële herkansing van alle vakken in augustus blijft.
Inhoudelijk verandert overigens niet zo veel, al worden vakken meer gericht op wat in het project gebeurt en is de samenhang ertussen groter. Ter verbreding is het onderdeel milieutechnologie toegevoegd.
Van de 168 Twentse P-studenten loopt nu nog 37,5 procent nominaal. Grootenboer springt een gat in de lucht als dat percentage in september vergelijkbaar is. Met trots vertelt hij dat de Raad van de Centrale Ondernemingsorganisaties zeer tevreden was over de nieuwe aanpak. Zijn ogen glimmen helemaal als hij daaraan toevoegt dat Twente, tot twee jaar geleden de kleinste van de drie Nederlandse werktuigbouwfaculteiten, qua vooraanmeldingen Eindhoven en Delft is voorbijgestreefd.
De opzet van de laatste twee jaar verandert niet. Wel wordt het aantal studiepunten voor afstuderen en stage verhoogd, maar dat is meer een correctie.
