Postdoc Network @UT is een blijvertje

| Rense Kuipers

Het Postdoc Network op de UT zag een jaar geleden het levenslicht. Met een gemeenschap van inmiddels meer dan honderd betrokkenen en een volwaardig bestuur is de basis gelegd. Dat fundament hopen betrokkenen Ashkan Ghanbarzadeh-Dagheyan en Efthymia Nakopoulou te verstevigen.

Het bestuur en anderen. Linksvoor: Ashkan Ghanbarzadeh-Dagheyan. Staand, derde van links: Efthymia Nakopoulou.

We zijn nu een jaar na de oprichting van het Postdoc Network @ UT. Is dit netwerk een blijvertje?

Ghanbarzadeh-Dagheyan (oprichter en adviseur): ‘Jazeker. Het gaat goed, durf ik wel te zeggen. Een van de redenen om dit netwerk te starten was vanwege het relatieve isolement dat postdocs ervaren, om mensen samen te brengen. In onze WhatsApp-groep zitten meer dan honderd mensen en onze meet & greets worden goed bezocht, met steeds meer nieuwe gezichten. Ondertussen zijn we bezig met een aansluiting op het landelijke netwerk, PostdocNL.’

Nakopoulou (vicevoorzitter): ‘We zijn nu bezig om op jaarlijkse basis vaste financiering te krijgen, net zoals andere netwerken op de UT zoals PE-NUT en de Young Academy. Daarover hebben we met enkele decanen en de HR-afdeling goede gesprekken gehad en we voelen steun. We vragen om een zeer bescheiden budget, maar dat zal ons wel helpen om onze activiteiten aan te bieden en ons te netwerk te verankeren binnen de UT.’

Wat proberen jullie de postdoc-gemeenschap te bieden met dit netwerk?

Ghanbarzadeh-Dagheyan: ‘We hebben social events voor het gemeenschapsgevoel, maar ook inhoudelijke sessies zoals het maken van wetenschappelijke illustraties of een grant writing workshop. Bijzonder genoeg leidde die workshop die we afgelopen maart hielden tot drie ingediende subsidieaanvragen, waarvan er één gehonoreerd werd. Niet elke postdoc ambieert overigens een academische carrière, dus we richten ons ook op evenementen voor werken in het bedrijfsleven. Daarnaast is er nog de praktische ondersteuning over wet- en regelgeving, procedures, zorgverzekeringen, huisvesting en andere zaken. We willen een heel pamflet gaan maken over leven en werken in Nederland.’

Worden postdocs als groep voldoende gezien en gehoord?

Nakopoulou: ‘Dat is precies één van de dingen die we willen aankaarten. We zitten in limbo tussen de positie van promovendus en universitair docent, we werken op tijdelijke contracten. Maar voor ons is deze tijdelijkheid een constante. Dit is wat we willen uitspreken en aanpakken. Het is zelfs zo dat niet eens inzichtelijk is hoeveel postdocs er zijn op de UT, omdat we officieel vallen in de functiecategorie ‘onderzoeker 4’. Maar niet elke ‘onderzoeker 4’ is ook een postdoc. Het is, zowel op papier als in de praktijk, een van de slechtst-gedefinieerde rollen binnen de academische wereld. Dat terwijl postdocs wel hun eigen unieke zorgen, vragen en behoeftes hebben. Als er niemand is die die geluiden vertolkt, dan worden ze ook niet gehoord.’

Om wat voor problematiek gaat het?

Nakopoulou: ‘We leerden bijvoorbeeld dat in geval van vaderschap en het bijkomende verlof een postdoc volgens de huidige regels niet automatisch die periode als contractverlenging krijgt binnen de huidige wetgeving. Het tijdelijke karakter van de contracten van postdocs zijn sowieso een punt van aandacht, maar die komen nog meer onder het vergrootglas te liggen onder druk van de bezuinigingen die nu plaatsvinden. De UT geeft geen embeddingsgarantie meer af, dus we kunnen geen beursvoorstellen indienen voor bijvoorbeeld Veni’s, Vidi’s of de Marie Curie Global – die tot een vaste aanstelling leiden. Dat zet de boel ook onder druk.’

Ghanbarzadeh-Dagheyan: ‘Ergens kunnen postdocs ook de UT helpen met de huidige situatie. In principe is elke postdoc honderd procent gericht op onderzoek, maar er zijn wel degelijk mensen die zich willen inzetten voor onderwijs. Met het oog op de verminderde inzet van studentassistenten kan dat UT-collega’s uit de brand helpen. Ook daarin kunnen we als netwerk een rol spelen.’

Tot slot, waar hopen jullie dat het netwerk na vijf jaar staat?

Nakopoulou: ‘Continuïteit is belangrijk. Zo willen we ook dat bestuursleden het jaar na hun aftreden betrokken blijven, om geen kennis en kunde verloren te laten gaan. En de stabiele financiering is hopelijk snel geregeld.’

Ghanbarzadeh-Dagheyan: ‘Inderdaad. Dat moet ons helpen om institutioneel gezien voet aan de grond te krijgen. We zijn goed op weg, maar gebaat bij meer stabiliteit en continuïteit. Hoe steviger dit netwerk verankerd is, hoe beter we de belangen van postdocs kunnen behartigen.’

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.