Frank Bode is manager Maintenance and Real Estate van de afdeling Campus & Facility Management en houdt zich bezig met de veiligheid en continuïteit op de campus. Hij is niet zo bang voor stroomuitval: ‘Er zijn weinig plekken waar het zo goed geregeld is als bij de UT. Hier treedt onmiddellijk een calamiteitenplan in werking om alle kritische processen in de lucht te houden, vooral rond de laboratoria en datacentra. De noodaggregaten slaan aan en die kunnen als het moet vier uur door. Mochten het in tussentijd niet opgelost zijn, dan staat er een kan diesel klaar om ze bij te vullen.’
Bode legt uit dat de UT het stroomnet op de campus volledig in eigen beheer heeft. ‘Wij zijn onze eigen netwerkleverancier. Zo houden we alles hier in eigen hand en kunnen we het onderhoudsniveau op het peil houden dat een technische universiteit nodig heeft. Over wat daarbuiten gebeurt hebben we natuurlijk geen zeggenschap.’
Essentiële processen veilig
Ook bij het Nanolab maken ze zich geen zorgen. Rob Legtenberg, directeur van het Nanolab, klikt bevestigend een paar keer op zijn scherm en heeft binnen no-time zo’n calamiteitenplan bij de hand. ‘We zorgen dat de essentiële processen blijven draaien. De luchtbehandeling, noodkoeling, oliedampafzuiging, de brandmelder, dat soort systemen. De onderzoeken komen dus niet in gevaar.’
Geen koffie
Maar ook het netwerk en alle communicatie van de UT draait op stroom. Volgens Henk Swaters, hoofd van de digitale beveiligingsdienst LISA, veranderen er wel een paar dingen zodra dat uitvalt. ‘Dan springen automatisch alle aggregaten aan en gaan we vloeiend over op de noodstroom. Van die switch zelf merk je niks. Onze datacentrales draaien dan gewoon door. Wel valt het netwerk weg en zetten we minder belangrijke processen stil om de druk op de aggregaten te verlagen. De koffieautomaten vallen helaas wel uit, dus misschien toch maar even thuiswerken dan,’ klinkt het nuchter.
Ook sloten op gebouwen zijn deels elektronisch. Maar dat komt goed, volgens Bode: ‘Die hebben onafhankelijke stroomvoorziening. Sowieso zijn alle deuren van de zogenaamde ‘buitenste schil’, de toegangsdeuren van elk gebouw, meestal open.’
Nog wel een ongemak is dat de lift stil komt te staan. Ook als daar eventueel nog mensen in zitten. ‘Maar die kunnen met de onafhankelijk werkende lifttelefoon contact opnemen met de centrale. Daar moet dan de brandweer aan te pas komen. Maar ook dat is niet heel ernstig.’
In het donker
Om te zorgen dat alles tiptop in orde is, lopen Swaters en zijn team twee keer per jaar alle noodvoorzieningen na. Ook doen ze twee keer per jaar een zogenaamde ‘in-het-donker’-test, waarbij de switch van regulier op noodstroom wordt geoefend en gekeken of alles naar behoren functioneert. ‘De laatste jaren zijn er gelukkig geen incidenten geweest.’