Onderwijsinnovatie en ICT, hoe doe je dat?

| Rense Kuipers

Onderwijsexperts van negentien Nederlandse instellingen zijn vandaag en morgen in het U-Parkhotel, om te praten over docentprofessionalisering en ICT. UT-wetenschapper Kim Schildkamp van de BMS-vakgroep ELAN leidt het vierjarige versnellingsplan samen met Ronald Spruit van Avans Hogescholen.

Photo by: Wim Kluvers

Wat houdt dit project in?

‘Het is onderdeel van een zogeheten versnellingsplan, opgezet door de VSNU, de Vereniging Hogescholen en SURF. Inmiddels zijn we bijna een jaar onderweg en doen negentien Nederlandse hogeronderwijsinstellingen mee aan onze zone. We onderzoeken hoe we docenten kunnen faciliteren en professionaliseren op het gebied van onderwijsinnovatie met ICT. Dit start niet met ICT, maar met de doelen van je onderwijs. Een doel kan zijn om studenten meer regie te geven over hun onderwijs. Hierbij kan technologie ingezet worden als middel, maar hoe doe je dit als docent? Naar mijn idee is het gebruik van ICT wel een noodzakelijk middel, als je kijkt naar de arbeidsmarkt van morgen waarvoor je je studenten opleidt.’

Hoe pakken jullie dat aan?

‘Het is een flinke opdracht, dat geef ik toe. Maar de stappen die we maken worden steeds concreter, onder meer door in werkgroepen aan de slag te gaan. Een van die werkgroepen richt zich op experimenteren. Een eerste experiment dat ook op de UT van start gaat in januari, is gericht op digitale peer feedback. Door studenten te laten reageren op elkaars werk, hopen we het leren leren van studenten te bevorderen. Maar er zijn tal van andere voorbeelden: zo kijken we ook naar verschillende professionaliseringsvormen, want een workshop of cursus is niet altijd even doeltreffend. Samenwerking is belangrijk bij deze professionalisering, in bijvoorbeeld een ontwerpteam of via een buddysysteem. Of rondkijken naar inspirerende best practices: docenten die bottom-up aan het vernieuwen zijn geslagen.’

Want vaak begint vernieuwing bij een dappere voorloper?

‘Precies. Al doopte iemand binnen onze samenwerking dat om tot verdrietige voorlopers. Te vaak moeten ze teleurgesteld achteromkijken, om de rest in de verte te zien worstelen. Het werkt demotiverend als je zelf een goed idee hebt, maar niemand erin mee weet te krijgen. Heel veel onderwijsvernieuwing vindt bottom-up plaats, terwijl je daarnaast ook een top-down benadering nodig hebt.’

Hebben jullie daar ideeën voor?

‘Alleen met de verdrietige voorlopers red je het niet, dat is ons wel duidelijk. Onderwijsvernieuwing moet je op alle niveaus doortrekken. Dus hier op de UT niet alleen onder naaste collega’s en binnen faculteiten, maar tot aan het college van bestuur aan toe. Ook de teams van TELT en CELT spelen een belangrijke rol bij het professionaliseren van docenten. Een van onze werkgroepen focust op deze integrale benaderingen en ontwikkelt daarvoor een soort zelfscan, zodat instellingen kunnen zien waar ze staan op het gebied van docentprofessionalisering. Een stapje hoger en je kijkt al naar het beleid van de VSNU en de Vereniging Hogescholen en bijvoorbeeld naar de rol van onderwijsinnovatie met ICT in de BKO en SKO.’

Heb je het idee dat jullie op de goede weg zijn?

‘Ja, ik denk dat bij iedereen het gevoel heerst dat we iets kunnen bereiken. Dat gevoel wordt alleen maar versterkt door geluiden van buitenaf. Een paar maanden geleden zaten we ineens om tafel met de minister, die ons vroeg om input voor haar strategie. Dus we zijn niet alleen bezig met experimenteren en pilots opzetten, maar denken zelfs mee op landelijk niveau. Daar draait het om: op alle niveaus impact hebben.’

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.