Sport

| Redactie

Voor de sporter met ambitie is spelen in Oranje het hoogst haalbare. Maar de weg naar een nationale selectie is veelal bezaaid met obstakels. Slechts een enkeling is in staat op de weg te blijven. De UT telde in het verleden een aantal Oranje-klanten. Meestal roeiers, soms een zwemmer een atleet of een aantal frisbeeërs. Marcel Pit (22) is er zo eentje.

De frisbeeër van Disc Devils Twente heeft er nu tien interlands opzitten en maakte daarin een goede indruk. Alleen is het met het aanzien van de sport in Nederland matigjes gesteld. Pit strijdt niet alleen binnen de lijnen maar vecht ook voor het aanzien van de sport buiten de lijnen.

Pit - student bedrijfsinformatietechnologie - speelde in 2000 zijn eerste WK voor landenteams. Zijn spel bleef niet onopgemerkt en kreeg een vervolg.

Deze zomer mag Pit mee naar Hawaii. Daar wordt het WK voor clubteams gespeeld. Pit komt dan uit voor de Amsterdamse ploeg 'Red Lights'. Dit team heeft zo'n beetje de beste frisbeeërs van Nederland verzameld. Zij moeten op het zonnige eiland de nationale eer hoog houden. Probleem is echter dat de sport in Nederland op een laag pitje staat en dus is er weinig geld. Gevolg is dat de deelnemers van het WK in Hawaii straks zelf opdraaien voor de reis- en verblijfskosten. 'Dat is het nadeel van een kleine sport. Maar gelukkig wist ik twee jaar geleden al dat dit WK er aan zat te komen en dus heb ik kunnen sparen', aldus Pit. Een kleine bond dus. Maar dus ook een bond, die moet opboksen tegen de gevestige sporten. De sporten met aanzien en erkenning. De frisbeesport in Nederland moet dat aanzien ontberen. In tegenstelling tot de Scandinavische landen, maar ook Duitsland en Engeland. In deze landen wint de sport steeds meer aan populariteit. In Nederland moet er op dat terrein nog veel gebeuren. Over het waarom zegt Pit: 'In ons land heerst een clubcultuur. Als papa of broertje zijn aangesloten bij de hockeyclub, dan is het bijna vanzelfsprekend dat jij ook voor deze sport kiest. Je wordt er in meegezogen. Zo kun je legio traditionele sporten noemen. Frisbee hoort daar niet bij. In het buitenland heb je minder last van clubcultuurtjes.'

In de ogen van Pit is het tijd dat de frisbeesport uit z'n schulp kruipt. Dat kan door de sport te promoten door middel van demonstraties of het houden van workshops. Ook op het voortgezet onderwijs is nu ruimte ingelast voor onbekende sporten, tot vreugde van Pit. 'Die ontwikkeling juichen wij toe. Op het moment dat leerlingen met deze sport geconfronteerd worden, bestaat de kans dat ze het leuk gaan vinden. Op deze manier leg je een basis en kunje ook dat clubcultuurtje doorbreken.' Toch is het niet alleen kommer en kwel voor de frisbeesport. Sterker: er gloort hoop. Want neem nu het Heaventoernooi dat afgelopen weekend in het sportcentrum werd gehouden. Dit internationale evenement trok zo'n 130 deelnemers onderverdeeld over zestien teams. De helft van deze ploegen kwam uit het buitenland en de andere helft uit eigen land.

Volgens de ambitieuze DDT'er is het Heaventoernooi het beste dat Nederland op frisbeegebied te bieden heeft. Pit: 'Vroeger had je nog een toernooi in Eindhoven, maar dat haalt het niet bij dit Heaventoernooi. Er bestaat zoveel belangstelling voor, dat we zelfs nee moesten verkopen aan een aantal ploegen.' En dus is er hoop voor de sport. En op sportief gebied voor DDT. Want in een veld met een aantal gelouterde ploegen werd DDT verdienstelijke vierde. De winst ging naar een Britse ploeg. Marcel Pit zegt tevreden te zijn over de vierde plaats van DDT: 'Daar hadden we vantevoren voor getekend.'

Het indoortoernooi van de Disc Devils mag dan in Nederland op eenzame hoogte staan. Het WK straks in Hawaii staat nog een paar treedjes hoger in aanzien. Fysiek en mentaal wordt er dan ook meer van de deelnemers gevraagd. WK-ganger Pit weet dat als geen ander: 'Het niveauverschil tussen Oranje en DDT is groot. In Oranje speel je met louter goede spelers. Een aantal van hen heeft al meer dan vijftien jaar ervaring. Ik kan je verzekeren dat dat een hele goede leerschool is.'

Pit is verslingerd aan het spelletje met de schijf. 'Het is een combinatie van de actie en de adrenaline daarna. In deze sport moet je snel kunnen reageren. Ik denk dat ik daartoe in staat ben. Maar ik vind het moeilijk om de sterke punten van mezelf op te sommem. Ik denk dat ik een aardige allrounder ben.'

Zijn allround kwaliteiten mag Pit in het weekend van 23 en 24 maart in Arnhem laten zien. Dan komt hij voor DDT uit in de nationale bekercompetitie.

DE KNOTSBAL VAN DE WEEK

Behalve dat het een nieuwe sport is, lijkt knotsbal ook uit te groeien tot een rage. In ieder geval op de UT. Vorig jaar trok het Gouden Knots Toernooi veertien teams. Dit jaar schreven zich dertig team voor het knotsbal in. Een dikke verdubbeling van de belangstelling. En dus opperde de Sportraad er dan maar een NSK van te maken. Die wens werd gehonoreerd. Daarmee ziet het NSK knotsbal nu definitief het levenslicht. Afgelopen woensdag bonden de ploegen van de verschillende universiteiten uit Nederland de strijd tegen elkaar aan. Op zes velden in het sportcentrum werd er flink op los gemept. Met grote - lompe - sticks en een bal die qua omvang het midden houdt tussen en tennisbal en een voetbal gingen de knotsballers elkaar 'te lijf'. Een van de deelnemers was Jiri vanStraelen. Lid van de Sportraad maar ook een bevlogen knotsballer en uitkomend in het Hotseknotse team. Van Straelen - student chemische technologie - speelde zich samen met zijn teamgenoten van de Sportraad en twee goede badmintonners in de finale, maar de titel ging naar Wageningen. Het leverde de Gelderse formatie de 'Gouden Knots' op.

Van Straelen: 'Een beetje zuur dat we de eerste NSK-titel niet in Enschede hebben weten te houden, maar dat had niet veel gescheeld. Tot vier minuten voor tijd was het 2-2 en toen ging het mis. We verloren met 3-2. Jammer dat we ten onder gingen tegen een team - Thymos uit Wageningen - dat nooit eerder knotsbalde. Deze spelers waren 's morgens de trein in gestapt zonder te weten wat hen te wachten stond. Maar zij hadden een aantal goede tennissers in hun ploeg en dat heeft hen de eindzege bezorgd. Afgezien van het sportieve deel hebben we als organisatie louter lovende reacties ontvangen. Volgend jaar houden we hier weer een toernooi. Of dat een NSK wordt is nog niet bekend, maar we hebben hier een goede accommodatie en we houden ons aanbevolen. Aan de andere kant is het goed dat de sport ook op andere universiteiten wordt gepromoot.'

Campus Zwemloop

Een delegatie atleten uit Duitsland is komende zondag aanwezig op de campuszwemloop. De wedstrijd wordt voor de achtste keer gehouden op de UT. Aloha neemt de organisatie voor haar rekening. De wedstrijd is bedoeld voor alle belangstellende studenten. Deelnemers moeten 500 meter zwemmen - binnenbad - en 5 km hardlopen. Voor de toppers, onder wie de Duitse atleten, wordt de afstand verdubbeld. Guido Gosselink is torenhoog favoriet, maar ook van Alohaan Wico Hopman wordt op deze wedstrijd veel verwacht. Een andere deelnemer is Bram Som. Atleet Som hoort tot de nationale elite op de 800 meter. De Olympiaganger van Sydney doet in Enschede mee voor de lol. Som staat niet bekend om zijn zwemkunsten, maar op het hardloopparcours kan hij veel tijd goed maken. De Campus Zwemloop is de voorloper van de UT triatlon, die op 12 mei wordt gehouden.

Winst Drienerlo

De voetballers van Drienerlo versloeg dit weekend Haarlo met 3-1. Ook het tweede voetbalteam deed goede zaken door opponent DZSV met dezelfde cijfers naar huis te sturen. De dames hadden een zware middag tegen ASC'62. Zij verloren met 4-2.

Piranha wint in slotfase

De waterpoloërs van Piranha waren deze week te sterk voor het Winterswijkse WWV. De UT'ers wonnen met 5-2, maar boekten hun winst in de slotfase van de wedstrijd. De beslissing viel in de derde periode. Topscorer Jeroen Cozijnsen had een groot aandeel in het succes van zijn ploeg. Hij scoorde vier maal.


Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.