Het interview van Kees Kuyvenhoven met prof. dr. Th.J.A. Popma begon en eindigde tam. In de Kegelbar van de Bastille interviewde de prima geprepareerde studentenpastor de rector magnificus afgelopen dinsdagavond in het kader van de verjaardagen die het Studentenpastoraat (SPE) en de SRD dit jaar vieren.
'Stel u zit in een saloon als deze en er wordt een film gemaakt. Welke rol speelt u het liefst: die van barkeeper, pistoolheld, pokeraar, toeschouwer of paard?' Antwoord: 'Ik kies natuurlijk voor de toeschouwer. Dat is het gemakkelijkst. En veel gevochten zal er in de film niet worden.' Een lekkere mening kon niet uit de mond van de rector magnificus opgetekend worden.
Heel even liet Popma zich gaan. Geconfronteerd met de vraag welk internationaal bestuursmodel voor de universiteit hij het meest zag zitten, koos hij direct voor het Deense. Popma: 'Als men het Deense model hier wil invoeren maak ik me daarvoor sterk. Het spreekt me erg aan dat iemand hoofdelijk aansprakelijk is voor het reilen en zeilen van een universiteit en dat die verantwoordelijkheid niet ligt bij een diffuse groep mensen, zoals hier.' Tijdens de vragenronde benadrukte Popma onmiddellijk dat de aansprakelijke bestuurder ook dan vanzelfsprekend met gegronde kennis van de achterban dient te regeren.
Verder wil Popma dat de wetenschap meer vragen uit de maatschappij krijgt. Concrete ideeën om dit te bereiken reikte hij niet aan. Popma: 'De communicatie-kloof is moeilijk te dichten omdat wetenschap toch over zaken gaat die niet direct aansluiten bij de dagelijkse beleving van mensen. Wetenschapsjournalistiek is Nederland niet zo sterk. Dat is in Engeland beter. Daar is meer een verhalende cultuur waar wij wetenschappers trouwens ook veel van kunnen leren. Vooral een beter contact met middelbare scholen vind ik belangrijk. Maar ook bij politieke en maatschappelijke organisaties wil ik meer aansluiting vinden. Daar moet ik met VEB nog maar eens stevig over praten.'
Rector Popma
