Debrecen is één van de grotere universiteitssteden van Hongarije. Het is de tweede stad van Hongarije en telt ongeveer 200.000 inwoners. De studenten bezochten de Kossuth Lajos-universiteit, de grootste universiteit van Debrecen met ongeveer 7000 studenten. Men kan er zowel techniek als maatschappijwetenschappen studeren. Daarnaast worden er ook talen onderwezen. Naast deze universiteit heeft Debrecen nog 4 kleinere 'universiteiten', waaronder een medische en een landbouw-universiteit.
De Kossuth Lajos universiteit is opgericht in het begin van deze eeuw. Het grote hoofdgebouw is gebouwd tussen 1912 en 1915 en laat zien, dat Hongarije in die tijd een rijk en welvarend land was. Het heeft in het midden een meer dan zes verdiepingen hoge hal met een glazen overkapping. Het gehele gebouw is stijlvol versierd in een Art Deco-achtige stijl van de muren tot de lampen tot zelfs de patronen in de vloer. Meer dan veertig jaar communisme is niet in staat geweest de sobere pracht haar glans te laten verliezen.
Maar ook de nieuwere gebouwen op het universiteitsterrein laten zien, dat de Hongaren ook in latere tijden veel aandacht besteden aan de kwaliteit van hun openbare gebouwen. Het gebouw van de chemici uit de 70-er jaren is een mooi voorbeeld van strakke lijnen, zwart marmer, grote ramen en licht hout. De college-zalen in dat gebouw zijn zo gebouwd, dat er geen electronische versterking nodig is (onder andere omdat men die niet had) en hebben een perfecte akoestiek.
Naast deze schoonheid ziet men echter ook veel armoede. Glimmende nieuwe auto's, die zelfs voor de meeste westerse mensen onbetaalbaar zijn, rijden naast de oudste Trabantjes en Wartburgs. Verder is de oude binnenstad in de vijftiger jaren omringd door lelijke, hoge flatgebouwen, waarbij onder andere door het slechte onderhoud de armoede duidelijk te zien is. Binnen in de gebouwen is het aantal slechtwerkende kranen groter dan de kranen zonder mankementen. Het is een land met grote tegenstellingen, waarin soms flat-grote reclames van westerse merken als Coca Cola en Pepsi de mensen proberen te verleiden tot een west-europese levensstijl.
Ondanks die armoede waren de Hongaarse gast-heren en gast-vrouwen echter zeer gastvrij. Ze onthaalden hun nederlandse gasten op lekkere en voor hen vaak dure gerechten. Verhalen werden uitgewisseld, soms in het Engels, soms in het Duits. Beide kanten hebben meer geleerd over elkaar. Een aantal spelers van Pro Deo liet onder andere een demonstratie van Theatersport zien. Deze vorm van theater was voor de Hongaren een nog grotere verrassing, dan het voor veel Nederlanders al is. Vooral het zelf 'meedoen', door het roepen van gegevens was voor de Hongaren moeilijk. Ze deden het aarzelend en veelal pas nadat het ze persoonlijk gevraagd was. Maar leuk vonden ze het wel.
Ook frisbeeën was nieuw voor de meeste Hongaren. Een verrassing voor de Nederlandse spelers was een jongen, die bij een van de vier Hongaars teams speelde. Hij had gehoord, dat een groep Nederlanders in Debrecen zou spelen, en was speciaal daarvoor gekomen. Voor de overige Hongaren was het als sport echter net zo onbekend, als het voor de meeste Nederlanders is.
Omgekeerd hoorden de Nederlanders veel over studeren in Hongarije. De hoogte van de beurs ligt daar tussen de 3000 en 6000 forinten (tussen f40,- en f80,-), terwijl de huren van een kamer al minimaal 5000 forinten zijn. De 6000 forinten krijgt men bovendien alleen bij zeer goede studieresultaten (ook een soort tempobeurs). Veel studenten wonen daarom nog steeds bij hun ouders.
Het hoofdgebouw met (socialistische) beeldentuin.