'Probeer geen top-instituten uit het niets op te bouwen'

| Redactie

Het paarse kabinet moet het idee loslaten om naast bestaande onderzoeksinstellingen nieuwe technologische top-instituten op te zetten. Dat geluid klonk vorige week eenstemmig op een hoorzitting in de Tweede Kamer over de jongste technologienota van het kabinet. Er zijn genoeg goede instituten, was de boodschap van diverse wetenschapsorganisaties. Nu is het tijd om de besten een extra stimulans te geven.

Komende week behandelt de Kamer de nota `Kennis in Beweging' van de ministers Ritzen (O,C en W), Wijers (Economische Zaken) en Van Aartsen (Landbouw). De bewindslieden willen dat universiteiten en onderzoekinstituten meer met het bedrijfsleven gaan samenwerken. Ook trekken ze een tot 55 miljoen gulden oplopend bedrag uit voor nieuwe technologische top-instituten. Dat laatste plan trekt veel aandacht. Krijgen straks enkele bestaande instituten extra geld om uit te groeien tot heuse internationale toppers? Of wil de overheid los van bestaande instellingen echt nieuwe instituten in het weiland zetten?

Vanuit ondernemerskringen, waar men de universitaire daadkracht niet hoog inschat, is wel gepleit voor dat laatste. Ook Economische Zaken speelde met het idee van compleet nieuwe instituten. Maar in de kabinetsnota stond kort voor de zomer slechts dat het moest gaan om 'een herkenbaar instituut dat vanuit één punt wordt geleid'. Dat biedt ook ruimte om bestaande onderzoekscholen of TNO-onderdelen als basis voor een van de nieuwe top-instituten te nemen.

Toch is de georganiseerde wetenschap er nog niet gerust op, zo bleek vorige week woensdag tijdens de hoorzitting van twee kamercommissies. 'Wij zijn al druk bezig top-instituten op te bouwen', stelde VU-rector prof.dr. C. Boeker bijvoorbeeld namens de universiteiten. Hij wees op de bijna honderd onderzoekscholen die nu zijn opgericht. De 55 miljoen gulden van de overheid zou gebruikt moeten worden om een klein deel daarvan een extra premie te geven.

Deze reactie van de universiteiten was te verwachten. Maar het opvallende is dat ze nu zoveel medestanders hebben. Ook de landelijke onderzoekfinancier NWO nam het voor ze op. NWO- voorzitter dr.R.J. van Duinen noemde de opbouw van onderzoekscholen 'een majeure operatie, die zich misschien deels aan het oog van de politiek heeft onttrokken'. Volgens Van Duinen is per vakgebied nu al een veel betere taakverdeling ontstaan. Die investering moet benut worden, betoogde hij. Want: 'Onderzoekinstituten maak je niet, je moet ze kweken. Het is geen snijbloementeelt, maar bosbouw. Er zijn jaren van investering nodig om tot bloei te komen.' De overheid moet dus voortbouwen op wat er bij de universiteiten is opgebouwd, vindt ook NWO.

De Akademie van Wetenschappen (KNAW) verkondigde exact dezelfde boodschap. Volgens de akademie is oprichting niet onmogelijk, maar kost het dan minstens tien jaar en enorme bedragen om het gewenste topniveau te bereiken. Efficiënter is het dus om uit te gaan van bestaande instituten. De KNAW vindt dat de bewindslieden hun motie van wantrouwen aan die instituten moeten intrekken. Onder die instituten vallen niet alleen universiteiten. Ook TNO en enkele andere instellingen dingen mee naar de 55 miljoen gulden van de bewindslieden. Maar hun boodschap aan de Kamer was dezelfde. 'Wij zijn al enige tijd twee nieuwe instituten aan het opbouwen', meldde de TNO-woordvoerder. 'En wij kunnen u zeggen: met 55 miljoen gulden kan je geen instituut bouwen.'

De Adviesraad voor wetenschaps- en technologiebeleid (AWT) maakte de eenstemmigheid op de hoorzitting compleet. Ook dit adviesorgaan van de regering wil dat de 55 miljoen gulden van Wijers en Ritzen wordt ingezet voor versterking van een handvol bestaande instituten.

De aanwezige kamerleden hoorden het vorige week allemaal aan. Een van de `oude rotten', W. van Gelder van de PvdA, vond het vooral opvallend dat zoveel sprekers meenden dat de politiek een te negatief beeld heeft van de situatie bij de universiteiten. In het debat met de bewindslieden, op 9 oktober, zal blijkenof de Kamer nu overtuigd is van de onjuistheid van dat beeld.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.