HBO haalt banden aan met midden en kleinbedrijf

| Redactie

Het midden- en kleinbedrijf (mkb) kan veel meer hbo-ers gebruiken, denken de HBO-Raad en MKB-Nederland. Zij ondertekenen binnenkort een akkoord om de samenwerking te intensiveren. Onderdeel daarvan is een experiment waarbij HBO- studenten na drie jaar bij een bedrijf gaan werken. Het vierde jaar vullen zij naast hun baan.

Het HBO komt steeds meer in beeld bij het mkb. Inmiddels gaat één op de vier afgestudeerde hbo-ers bij een kleiner bedrijf werken. Dat kunnen er veel meer worden, menen belangenvereniging MKB-Nederland (voorheen het KNOV) en de Hbo-Raad. Zij leiden dat onder meer af uit het succes van het KIM-project (Kennisdragers In Mkb). Sinds mei 1994 kunnen kleine bedrijven van het ministerie van Economische Zaken een subsidie krijgen als zij een hbo-er of academicus aantrekken om een innoverend project op te zetten. Er is geld voor 200 hoger opgeleiden, maar de vraag is veel groter. Zeventig procent van de aanvragen betreft hbo-ers.

Volgens KIM-coördinator R. Hooiring kost het veel tijd om het mkb te overtuigen van de waarde van hoger opgeleiden. 'De kloof is altijd enorm geweest.' Zoals onlangs nog bleek uit een onderzoek van adviesbureau Slim, bestaan over en weer een aantal vooroordelen. Academici, maar ook hbo-ers hebben de naam te theoretisch, te abstract en te kostbaar te zijn. Hoger opgeleiden mijden het mkb omdat ze daar geen carrière denken te kunnen maken. Het KIM-project heeft aangetoond dat bedrijven wel degelijk overtuigd kunnen worden van de waarde van hbo-ers, omdat zij merken dat de komst van zo iemand hun concurrentiepositie verstevigt.

Op 17 oktober ondertekenen de HBO-Raad en MKB-Nederland een akkoord met 16 afspraken over een nauwere samenwerking tussen hbo en bedrijfsleven. 'De relatie kan verder worden verbeterd', aldus G. Visser, secretaris onderwijs van MKB- Nederland. Op dit moment heeft vijf procent van de werknemers in het mkb een hbo-opleiding gevolgd. Twee procent heeft een universitaire titel. Vooral in de industrie hebben steeds meer kleinere bedrijven echter behoefte aan hoger opgeleiden, denkt G. Renique, secretaris onderwijs van werkgeversvereniging VNO-NCW. 'Produkten worden steeds `slimmer'. Dat is een trend die zich doorzet.'

In de detailhandel is de behoefte aan hbo-ers minder groot, denkt Renique. Volgens mevrouw Visser van MKB-Nederland stellen technologische ontwikkelingen en ook internationalisering steeds hogere eisen aan het mkb. Een van de afspraken uit het akkoord tussen de Hbo-Raad en mkb betreft een experiment met een nieuw soort opleiding in het hbo. Daarbij gaan studenten na het derde studiejaar bij een bedrijf werken. Het vierde studiejaar vullen zij, verspreid over zo'n drie jaar, naast hun baan. Zij kunnen dan vakken volgen om leemtes in hun kennis en vaardigheden gericht aan te vullen.

Het experiment sluit naadloos aan op de wens van minister Ritzen om 'op een creatieve manier te zoeken naar nieuwe combinaties van leren en werken'. Deze wens uit de minister in het Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan, dat op Prinsjesdag openbaar werd. Het aantal `traditionele' deeltijdstudenten in het hbo is de laatste jaren fors afgenomen. Het COOP-onderwijs kent een wisselend succes. Bij deze vorm wisselt een student periodes van werken in een bedrijf af met periodes op school.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.