Het CvB wil de gift alsook het te lenen bedrag aanpassen voor 'nieuwe gevallen'. De maandelijkse gift wordt verlaagd van 600 gulden naar 450 gulden per maand. De jaarlijkse gift, die dient ter overbrugging van het verschil tussen de collegegelden voor studenten en auditoren, wordt daarentegen verhoogd van 860 gulden naar 900 gulden per jaar. Het maximaal (rentedragend) te lenen bedrag wordt ook verhoogd, respectievelijk van 305 naar 450 gulden per maand en van 2150 naar 2250 gulden per jaar.
Reden
Reden voor wijziging van de uit 1989 daterende Regeling Auditorensteun is het feit dat het beslag op het fonds steeds groter wordt. Dat brengt op termijn de betaalbaarheid van de regeling in gevaar. Daarnaast signaleert het CvB dat de hoogte van de basisbeurs in de loop der jaren regelmatig is verlaagd, terwijl de regeling nog steeds gebaseerd is op een studentenbudget van 1050 gulden per maand. Voorts is er een maatschappelijke tendens om studenten meer bij te laten dragen aan de kosten van hun opleiding.
Frans van Klaveren (BBO) wijst er op dat de basisbeurs, waaraan de auditorensteun in zekere zin gekoppeld is, flink afkalft. De laatste korting is 135 gulden per maand voor uitwonende studenten. 'Waarom zou je de auditorenuitkering dan op hetzelfde niveau handhaven? Enige aanpassing lijkt alleszins op zijn plaats.' Het bespaarde geld kan weer op andere 'fronten' worden ingezet, bijvoorbeeld ten behoeve van een nieuwe 'bestuursbeurs' voor studenten die bestuurswerk doen, aldus Van Klaveren.
De SRD heeft zich in een brief aan het CvB al tegen de voorgenomen verlaging van 600 naar 450 gulden uitgesproken. De SRD vindt de plannen 'niet aanvaardbaar' omdat zij nadelig zouden uitpakken voor studenten van 'arme ouders'. Voor deze groep zou het minder aantrekkelijk worden om tijdens hun studie een tijdrovende bestuursfunctie te aanvaarden, aldus de brief. De SRD heeft CvB-voorzitter Veltman uitgenodigd voor een gesprek.
Terugval
Aangezien de basisbeurs voor iedereen omlaag gaat, lijkt het korten op de afstudeersteun niet onredelijk, zegt de SRD. Studenten met ouders met lage inkomens krijgen de basisbeursverlaging gecompenseerd via de aanvullende beurs. Indien de hoogte van de auditorensteun echter op de verlaagde basisbeurs gebaseerd wordt, loopt die groep bij de overgang van studiefinanciering naar auditorensteun een extra grote inkomensterugval op.
Volgens de SRD resulteert een verlaagde afstudeersteun voor studenten met ouders uit de lagere inkomensgroepen in een hogere drempel voor het aanvaarden van een bestuursfunctie tijdens de studie. Zij zullen immers gedwongen zijn naast de auditorensteun meer bij te lenen, terwijl andere studenten kunnen terugvallen op een ouderlijke bijdrage. Bestuurswerk wordt daardoor voor deze groep onaantrekkelijk, aldus de SRD. Op eventuele compensatie via een bestuursbeurs gaat de SRD-brief overigens niet in.