Onderzoekinstituten

De fundamentele onderzoekinstituten buiten de universiteit zijn te beschermd. Ze moeten gaan concurreren met de universitaire instituten, vindt de Adviesraad voor Wetenschaps- en Technologiebeleid. In Nederland zijn 30 `para-universitaire instituten' (PUI's), zoals de Fryske Academy, het Centraal Bureau voor Schimmelcultures en de Stichting Astronomisch Onderzoek in Nederland. Zij ontvangen met elkaar 250 miljoen gulden overheidssubsidie via de Akademie van Wetenschappen (KNAW) of de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). KNAW en NWO sluizen het geld te vanzelfsprekend door naar de instituten, aldus de AWT. Of een instituut eigenlijk wel moet blijven bestaan, of in welke omvang, staat niet ter discussie. De AWT vindt dat de PUI's moeten concurreren met universitaire instituten. Daartoe moeten zij op den duur worden ondergebracht bij universiteiten. Dat is ook beter omdat fundamenteel onderzoek volgens de AWT de meeste vruchten afwerpt wanneer het direct is gekoppeld aan de opleiding van studenten en onderzoekers. Als het echt niet anders kan, moeten de instituten worden ondergebracht bij NWO, vindt de AWT. NWO kan de instituten het best onder druk zetten om samen te werken met universiteiten. Voor de KNAW ziet AWT met een name een rol weggelegd als beoordelaar van fundamenteel onderzoek.