De allochtonen onder de onderzochte studenten bleken vaker een richting te kiezen met een goed uitzicht op werk: techniek of economie. Eenmaal begonnen met de studie moesten allochtonen èn autochtonen vaak wennen aan de massaliteit van het hoger onderwijs, met name aan de universiteiten. Allochtonen merkten op dat zij zich in het vrijwel geheel 'blanke' hoger onderwijs meer 'gekleurd' voelden dan op de middelbare school waar zij vandaan kwamen.
De allochtone studenten blijken gemiddeld 37 uur per week aan hun studie te besteden, zeven uur meer dan de autochtonen. Beide groepen besteden ongeveer acht uur aan een bijbaantje. Autochtonen hebben gemiddeld drie uur over voor bestuurs- en vrijwilligerswerk. Allochtonen hebben minder contact met studiegenoten en brengen meer tijd door met familie en vrienden buiten de studie.
Het SCO/Kohnstamm Instituut plaatst een kanttekening bij dit laatste gegeven. Het vreest dat de kloof tussen studie en sociale omgeving voor allochtone studenten groot wordt. Dat zou de kans op stoppen met de studie of het oplopen van vertraging vergroten. Tot nu toe hebben de onderzochte allochtonen en autochtonen overigens even veel succes in hun studie.