Van Plato tot een wijze moeder. De deelnemers aan de strijd om de eerste Cicero-cup vorige week donderdag haalden iedereen er bij om hun geachte opponent, de jury en het publiek te overtuigen van hun gelijk. Ze hadden dan ook de lastige taak een stelling te verdedigen, dan wel af te branden die ze pas een half uur eerder onder ogen kregen en waarbij ze evenmin zelf mochten bepalen of ze voor of tegen waren. De strijd om de Cicero-cup werd georganiseerd door Studium Generale.
De deelnemers konden zich uitspreken over stellingen als 'Cyberspace devalueert de werkelijkheid', 'Het sportkanaal is goed voor de samenleving' of 'De campusgedachte is achterhaald'. Na een inleiding van twee minuten kregen ze nog eens twee minuten om op elkaar te reageren en een slotronde van één minuut om het af te maken. De jury vond het niveau van de acht deelnemers hoog. Tot de halve finale drongen Marike Bonhof, Arjen de Vries (foto), Roland Pierik en Ibo van der Poel door. Die laatste twee bereikten de finale. Voor de jury was uiteindelijk, met miniem verschil, Roland Pierik de beste. Publiekslieveling werd met één stem verschil Ibo van der Poel. Beiden hielden aan hun redenaarstalenten een taalcursus over.
