Chipkaart bevalt redelijk, maar het moet nog beter

| Redactie

Volgens een eigen onderzoek van de UT vindt 56,9 procent van de Twentse ouderejaars de nieuwe multifunktionele chipkaart een (grote) vooruitgang in vergelijking met de vroegere situatie. Het College van Bestuur heeft als uitgangspunt voor het experiment met de multifunctionele kaart gesteld dat die norm 80 procent moet zijn. Studenten in Enschede zijn dus niet ontevreden over de nieuwe chipkaart, maar nog niet tevreden genoeg.

Eerder onderzoek van de IB-Groep wees al uit dat de studenten in Enschede en Groningen die de chipkaart dit jaar bij wijze van proef uitproberen, de kaart met een ruime voldoende waarderen. Maar de werkgroep Evaluatie Chipkaart van de UT vond de vraagstelling in die enquête ongeschikt om vast te stellen of de kaart aan het criterium voldoet dat het College van Bestuur aan het begin van het experiment heeft gesteld.

In het onderzoek van de IB-Groep wordt studenten namelijk gevraagd of zij het eens zijn met de stelling dat de chipkaart een enorme verbetering is ten opzichte van vroeger. Dat is een sterkere uitdrukking dan een vooruitgang. Daarnaast denkt de Twentse werkgroep Evaluatie Chipkaart dat de positieve formulering van de stelling de antwoorden van de respondenten beïnvloedt.

In het UT-onderzoek is de studenten simpelweg gevraagd de komst van de chipkaart in vergelijking met de vroegere situatie te beoordelen. Daarbij kon worden gekozen uit antwoorden varirend van 'een grote achteruitgang' tot 'een grote vooruitgang'. Vervolgens moesten de respondenten aangeven waarom ze die beoordeling gaven. In totaal zijn vierhonderd ouderejaars geënquêteerd.

De traagheid bij het opwaarderen en betalen komt, niet geheel als verrassing, als het grootste nadeel van de chipkaart uit de bus. Maar liefst 35 procent van de studenten gaf dit als een argument voor de gegeven beoordeling. Volgens Joop Grondman, coördinator van het project MultiFunctionele Kaart (MFK), heeft de leverancier van de op- en afwaardeerders sinds het onderzoek in januari de transactietijd al weten te halveren tot gemiddeld twee à drie seconden. Dat lijkt echter nog altijd lang in vergelijking met de kaart met magneetstrip, die slechts één seconde nodig had. Die relatieve traagheid wordt veroorzaakt doordat de chipkaart beter is beveiligd, waardoor per transactie meer handelingen moeten worden verricht. Onderzocht wordt of een verdere versnelling van de transactietijd mogelijk is.

Ook het feit dat bij verlies van de chipkaart in één klap een hoop functies moeten worden gemist, was een door de respondenten vaak genoemd nadeel. Een aantal studenten merkte bovendien op dat het risico de kaart kwijt te raken groter is dan vroeger, omdat hij overal voor wordt gebruikt. Sommigen pleiten daarom voor een scheiding tussen de betaalpas en een kaart met de andere functies. Maar bijna dertig procent van de studenten vindt het juist prettig dat het aantal pasjes in de portemonnee is verminderd. Nog eens ruim 26 procent geeft aan het handig te vinden dat verschillende functies op één kaart zijn gecombineerd.

Volgens voorlichter Harold Wouters van de IB-Groep wordt de chipkaart juist minder vaak verloren dan de losse OV-studentenkaart. Harde cijfers ontbreken nog, maar hij schat dat het om 25 procent gaat. 'De OV-studentenkaart is een portemonnee geworden. Studenten laten hem niet meer zomaar in hun broekzak zitten. De kaart neemt iets meer geheugenruimte van studenten in, zou je kunnen zeggen.'

Overall vindt een meerderheid van de UT-studenten de kaart een (grote) vooruitgang ten opzichte van de vroegere situatie. Bijna 27 procent vindt dat er geen sprake is van een verschil, 12 procent noemt de chipkaart een achteruitgang en 1,5 procent rept over een grote achteruitgang. 'Over het algemeen spreekt uit het onderzoek dus een betrekkelijke tevredenheid.Slechts 13,5 procent vindt de kaart een verslechtering, de rest is dus redelijk tevreden. Achteraf kun je zeggen dat de doelstelling dat 80 procent van de studenten de kaart als een vooruitgang moet zien, misschien wat ambitieus is. Wellicht moeten we dat criterium toch nog enigszins nuanceren', reageert Grondman.

Het is nog niet zeker of het UT-onderzoek aan het einde van het jaar wordt herhaald. Eerst zullen de resultaten van de enquête van de IB-Groep worden afgewacht. Als die tot tevredenheid stemmen is de kans groot dat het College van de werkgroep Evaluatie Chipkaart een positief advies krijgt over de definitieve invoering van de MFK.

In tussentijd zal nog wel worden gewerkt aan verbetering van de kaart, zoals een versnelling van de transactietijd en uitbreiding van het aantal functies. Binnenkort kan de kaart bijvoorbeeld ook worden gebruikt in kaarttelefoons. Daarvoor worden komende maand speciale opwaardeerders in de Vrijhof geplaatst. Ook medewerkers kunnen van deze functie gebruikmaken.

Naast de tevredenheid van de gebruikers is overigens ook het prijskaartje dat aan de huidige MFK hangt een beoordelingscriterium. De exploitatielasten mogen van het College van Bestuur niet hoger uitvallen dan wanneer de UT een eigen chipkaart zou invoeren. Hiervoor moet nog een eindafrekening worden opgemaakt. De Rijksuniversiteit Groningen heeft al aangegeven de huidige kaart te duur te vinden, vooral omdat wegens de OV-functie ieder jaar een nieuwe kaart moet worden uitgereikt.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.