De ombouw van de vierjarige ir-studie WWTS in een vijfjarige drs-opleiding voor het beroep van 'wijsgeer van een bepaald wetenschapsgebied, in casu techniek' (een optie die is opgenomen in de WHW) is het antwoord van de faculteit WMW op de lage studierendementen en te lange studieduur waarmee de opleiding kampt. Eerder constateerden onder meer de Visitatiecommissie Wijsbegeerte en de Inspectie van het Hoger Onderwijs dat de eindtermen van de bovenbouwstudie WWTS (academisch niveau op wijsgerig èn technisch gebied) onhaalbaar zijn binnen een vierjarige ir-opleiding.
Volgens de ACO is oprichting van de vijfjarige drs-opleiding WWTS niet strijdig met doelmatigheidseisen of met de gewenste beperking van het opleidingenaanbod. Van de acht bestaande studies 'wijsgeer van een bepaald wetenschapsgebied' heeft er geen techniek als veld. Verder blijft het aantal opleidingen aan de UT gelijk omdat de oude ir-opleiding WWTS verdwijnt. De extra kosten van het vijfde jaar tenslotte worden deels gecompenseerd doordat de bekostiging van de studie verschuift van het 'hoge cluster' (techniek) naar het 'lage cluster' (taal & cultuur).
Dat naast de UT alleen Wageningen groen licht kreeg voor een nieuwe studie - Plantenwetenschappen - komt doordat ook dit geen echte nieuwe studie is, maar een samenvoeging van twee bestaande vijfjarige opleidingen: Tuinbouw en Landbouwplantenteelt. Wageningen meende eerst dat voor samenvoeging helemaal geen nieuwe aanvraag nodig was. Dat bleek toch het geval. Maar uiteraard behandelde de ACO de aanvraag als een formaliteit.
Slechter verging het een drietal universiteiten dat relatief nieuwere dingen wilde. Nijmegen kreeg nul op het rekest voor de studie Vergelijkende Kunstwetenschap, Tilburg voor een nieuwe opleiding 'Meertaligheid'. Hetzelfde lot was Maastricht en Eindhoven beschoren met hun plan voor Biomedische Technologie. Dat plan was vorig jaar ook al afgewezen.
Volgens een woordvoerder van de ACO waren er in eerste instantie nog meer dan deze vijf aanvragen ingediend. De meeste daarvan werden ingetrokken toen de ACO de universiteiten herinnerde aan het `moratorium' waar minister Ritzen in het Hoger Onderwijs en Onderzoekplan om gevraagd heeft.
Die stop op nieuwe opleidingen vond Ritzen nodig omdat universiteiten en hogescholen volgens hem eerst maar eens enige orde zouden moeten scheppen in het bestaande aanbod aan opleidingen, dat volgens velen de laatste jaren te ver uitgedijd en versnipperd is geraakt. Zowel in universitair als in HBO-verband werkt op dit moment een commissie aan een voorstel om het aantal afzonderlijke opleidingen meer dan te halveren.
Ook vanuit het HBO heeft de ACO dit jaar maar een klein aantal aanvragen voor registratie van nieuwe opleidingen behandeld. In totaal ging het om zeven stuks; daarvan kregen er twee een positief advies. Vorige jaren kwam het HBO steeds met enige tientallen plannen voor nieuwe studies.
HOP, Frank Steenkamp/
UT-Nieuws, Ben van Raaij