Twentse sociologen in 'Top 50'

| Redactie

De Twentse hoogleraren Frans van Vught (Centrum voor Studies van het Hoger Onderwijsbeleid, BSK) en Arie Rip (Filosofie van Wetenschap en Techniek, WMW) blijken wetenschappelijk zeer produktief. In de 'Top 50' van produktiefste Nederlandse sociologen bezetten Van Vught en Rip respectievelijk de zevende en de negende plaats. De rangorde - berekend op basis van een gewogen som van publikaties over de jaren 1992-1994 - werd onlangs gepubliceerd door het tijdschrift Mens en Maatschappij. Aan de 'ranking' werkten 192 Nederlandse sociologen mee, circa 40 procent van de 'populatie' van aan universiteiten, onderzoeksinstellingen en elders actieve sociologen.

De opstellers van de rangorde, die voor de derde keer werd gemaakt, hebben ditmaal ook getracht de 'impact' van de Nederlandse sociologen binnen de internationale wetenschappelijke gemeenschap te meten. Daartoe werd over de jaren 1992-1994 voor de vijftig produktiefste sociologen en de voltijd-hoogleraren sociologie het aantal citaties in de Social Science Citation Index (SSCI) geturfd. In deze lijststaat Rip opnieuw op de negende plaats met 43 citaties. Van Vught bezet de 27ste plaats met 11 citaties.

Tussen wetenschappelijke produktiviteit en internationale wetenschappelijke invloed bestaat overigens weinig samenhang, zo moesten de cijferaars concluderen. Zo komt de in het buitenland meest geciteerde Nederlandse socioloog, de Amsterdamse hoogleraar Bram de Swaan (89 citaties), in de genoemde top vijftig van produktievelingen in het geheel niet voor.

In het algemeen weten de Nederlandse sociologen blijkens het onderzoek internationaal maar moeilijk de aandacht te trekken. Slechts een vijftigtal vakbroeders schopte het tot het voor de 'ranking' vereiste minimum van vijf of meer citaties. 'De Nederlandse sociologie is dan ook zeker gebaat bij een verdere internationalisering', aldus de onderzoekers.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.