Vervoerplan op losse schroeven

| Redactie

Het huidige Vervoerplan van de UT is geen lang leven meer beschoren. Dinsdag concludeerde de U-raad naar aanleiding van de tweede notitie over het plan, dat het bij lange na niet is gelukt UT-medewerkers massaal uit de auto en op de fiets of in het openbaar vervoer te krijgen. Bovendien hebben de vakbonden hun steun aan het plan opgezegd.

Doelstelling van het uit 1994 stammende Vervoerplan is het aantal autokilometers van UT-medewerkers met 20 procent te verminderen. Het is echter niet mogelijk te bepalen in hoeverre dat is gelukt. Wel zou het aantal fietsende UT-medewerkers met 8 procent zijn gestegen en zou het carpoolen met 4,2 procent zijn toegenomen. Op grond hiervan werd gesteld dat het 'alle zin' heeft met het plan door te gaan. Maar de U-raad zette grote vraagtekens bij de gepresenteerde cijfers.

Het College was in principe bereid het Vervoerplan nog minimaal vijf jaar te continueren en zelfs te verbeteren. Maar de vakbonden bleken niet langer bereid hierin drie ton van de arbeidsvoorwaardengelden te steken. Zij besteden dat geld liever aan het behoud van werkgelegenheid. Hierdoor komt het in totaal zeven ton kostende Vervoerplan financieel op losse schroeven te staan. Vooralsnog is slechts besloten de huidige regelingen voor 1997 te handhaven. De U-raad heeft het College gevraagd nieuwe plannen te ontwikkelen voor de periode daarna.

Het onderzoeksinstituut MESA wordt een 'speerpuntinstituut' en krijgt gedurende vijf jaar een miljoen gulden per jaar. Hiermee heeft de U-raad dinsdag alsnog ingestemd. Tijdens de decembervergadering onthielden zoveel leden zich van stemming uit protest over de procedure, dat het besluit moest worden aangehouden. Het College is de raad inmiddels tegemoet gekomen door de expliciete toezegging dat bij de keuze van een derde speerpunt, nadrukkelijk instituten uit de maatschappijwetenschappen worden betrokken.

Een onderzoek naar de mogelijkheden van de UT op de Duitse studentenmarkt werd door de raad eveneens met instemming begroet. Rector Van Vught gaf toe dat ook het Duitse hoger onderwijs kampt met dalende studentenaantallen. Daarom is deze verkenning volgens hem vooral een eerste stap op weg naar een 'bredere' internationalisering van de UT. Hierbij moet bijvoorbeeld worden gedacht aan gezamenlijke opleidingen met Duitse universiteiten.

Ook de nota over de organisatie en stimulering van de studentmobiliteit (studie of stage in het buitenland) werd positief ontvangen. Voor de overzichtelijkheid is een drietal subsidiepotjes samengevoegd tot één fonds en komt er een eenduidige regeling voor de toewijzing van beurzen. Ook moet beter dan nu worden geregistreerd hoeveel studenten waar naar toe gaan.

Een heikel punt vormde een compensatie van in totaal één miljoen gulden voor alle faculteiten behalve BSK en TO. Door een andere teldatum en de invoering van blokonderwijs kregen ze voor minder P-diploma's betaald dan ze er daadwerkelijk hadden uitgedeeld. De KPS meende dat elke faculteit weleens met deze problematiek in aanraking kon komen en stelde voor het geld over alle faculteiten te verdelen. Financiële man Schutte van het CvB zei dit voorstel 'niet met droge ogen' aan de faculteiten te kunnen verkopen. Ook DD was het er niet mee eens. Mede dankzij de steun van twee buitenleden werd toch het Collegevoorstel aangenomen.

De raad stemde ook nog in met de definitieve invoering van de studentenchipkaart van de gelijknamige stichting. Ten slotte werd nog even gebokst over de Arbo- en Milieudienst (AMD). Vorig jaar heeft de U-raad besloten dat een zo groot mogelijk deel van de AMD moet worden geprivatiseerd, omdat de dienst ook werk voor derden verricht. Volgens het College is dat echter moeilijker dan gedacht. Een deel van de U-raad bleek het daar niet meeeens. Maar tot nadere besluitvorming kwam het niet.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.