Niks ontgaat ze. Dag en nacht beveiligen de dames en heren van de bewakingsdienst de hoofdingang en zwerven ze over de campus. Zodra er wat bijzonders is, zijn ze ter plekke. 'Het gebeurt nogal eens dat wij worden ingeschakeld', vertelt Henri Herkink (34). 'Soms bellen studenten midden in de nacht in paniek 2222, het alarmnummer. Omdat een dronken bewoner door een ruit is gevallen bijvoorbeeld. En ze niet weten wat ze moeten doen. Wij verlenen eerste hulp. Moeten studenten naar de poli van het ziekenhuis dan brengen wij ze. Tenminste, als het niet te ernstig is.
'Een paar maanden geleden viel een student, die wel heel diep in het glaasje had gekeken, van zijn fiets. Z'n tanden en z'n kaken zaten los. Bovendien raakte hij af en toe buiten bewustzijn. Op zo'n moment nemen wij via de portofoon contact op met onze collega in de portiersloge. Die belt vervolgens de ambulance.'
Ook bij burenruzies, geluidsoverlast of andere akkefietjes wordt de bewakingsdienst ingeschakeld. Herkink: 'We gaan altijd eerst zelf kijken en proberen de problemen eigenhandig op te lossen. Alleen als het echt niet anders kan schakelen we de politie in. Maar gelukkig komt dat zelden voor.'
Naast de gewone beveiligingswerkzaamheden houden de bewakers 's nachts ook een oogje op de chemische installaties in het CT-gebouw. 'We bellen een contactpersoon uit bed als er slangen los zitten of er andere calamiteiten optreden.'
Herkink vindt het bewakingswerk op de UT leuk en afwisselend. 'Veel leuker dan bij Holland Signaal of Urenco. Daar maak je je rondes en staar je naar tv-schermen. Hier speel je toch een beetje de rol van dorpsagent.'
