'Stimuleren ondernemerschap student is riskante zaak'

| Redactie

'Spelen, leren en werken - dat zijn de hoofdbestanddelen van het leven', zegt Jacques Troch. 'Elke fase zijn eigen accent, in de studententijd moet de mens vooral veel leren.' En daar hoort ondernemertje spelen niet bij, vindt de algemeen directeur van Grolsch. Portret van een jurist in bieren.

Werken - 'Brouwers beginnen bijtijds', laat Jacques Troch (1942) zich ontvallen terwijl hij in de ochtendzon voor de fotograaf poseert. Even na half negen is het pas, maar de algemeen directeur lijkt al uren in touw. Hij oogt uitgeslapen, energiek, klaar voor de dag. Zijn tongval klinkt Vlaams - 'Ik ben een Belg, meneer' - maar van zuidelijke nonchalance valt in zijn presentatie weinig te bespeuren.

Dertig jaar woont en werkt Troch nu in Nederland, en 'men past zich aan'. Half negen betekent dus half negen. De zes door ons vermorste minuten wekken bevreemding. 'U had toch haast?' zegt hij meer verbaasd dan streng. 'Ik zat reeds klaar.' Want Troch is ondernemer - ondernemer in Nederland. Toch kraakte juist hij een kritische noot over een verschijnsel waar de Universiteit Twente prat op gaat: de ondernemende student.

De brouwer maakte zijn punt afgelopen vrijdag tijdens het Student Union-congres. Twee dagen nadat de UT-gemeenschap de stichtingsakte voor een heus ondernemerscentrum voor studenten ondertekende - het USE-akkoord - noemde Troch studeren en tegelijkertijd een bedrijfje runnen een onmogelijkheid. 'Academicus worden vergt tijd en concentratie. Een student moet zorgen dat-ie léért, kennis vergaart. Werken doet hij de rest van zijn leven nog.'

Leren dus, als het aan Troch ligt. 'Maar vergeet niet te spelen', haast hij zich te zeggen ('Ge moet wel uw pintjes pakken blijven'). 'Uiteraard ga ik akkoord met een bijbaantje. Maar zodra een universiteit ondernemerschap gaat stimuleren met studiepunten, raakt de balans zoek.' Waarmee hij niet wil zeggen dat activisme niet deugt.

Integendeel. Ook bij Grolsch doet commissie- of bestuurswerk het goed op het cv, ook aan de Brouwerijstraat ziet men graag 'ontplooide' academici. Troch: 'Studierichting geeft de doorslag niet. Karakter, persoonlijkheid, analytisch denken, syntheses kunnen maken - dat vinden we belangrijk. Zit dat goed, dan kan in principe elke academicus voorzitter van de raad van bestuur van Grolsch worden. Zorg dus dat je universitair leert denken.'

Mag de brouwer zelf als voorbeeld dienen? Ja en nee.

'Ja' omdat ook hij de universiteit doorliep. Begin jaren zestig ging de jonge Jacques op kot in Gent, rechten studeren. 'Prachtige studie', blikt hij terug. 'Zuiver analytisch leren denken, gevormd in de breedte. Ik volgde bijvakken als criminologie en notariaat.' 'Spelen' deed de rechtenstudent ook: hij vervulde als bestuurslid van het Vlaams rechtsgenootschap de rol van inkoper - inkoper van bier.

Het was het eerste biercontract dat de Vlaming sloot. Er zouden er vele volgen. Na zijn dienstplicht ging hij aan de slag bij Stella Artois in Leuven. Als jurist. Al naar twee jaar stuurde men Troch naar de overgenomen Dommelsche bierbrouwerij in Eindhoven. Zeventien Brabantse jaren later (1989) stapte hij over naar Grolsch, waar hij opklom tot de allerhoogste post.

'Nee' omdat het bier nauwelijks toeval was. Jacques Troch stamt uit een geslacht van brouwers. 'Mijn grootvader bezat een mouterij in een dorpske bij Gent', begint hij. Zijn stem wordt die van een verteller, zijn blik verplaatst zich naar het Vlaanderen van vijftig jaar geleden. Zijn grootvader met paard en wagen. Houten fusten bier door dorpstraatjes. Kratjes van brouwerij De Hoop - ook van hout. Heeft de grootvader nog van het bier en de kleinzoon geweten? 'Nee', zegt Troch.

De bedrijfsvoering van een man die drank produceert. Is die anders dan die van een verzekeraar, een bankier, of een makelaar in effecten? 'Ja', knikt hij resoluut, 'dat moet wel. Grolsch brouwt bieren om mensen momenten van ontspanning te schenken. Wij schenken de mensen bier - u moet dit dubbel uitleggen. Daar hoort een warm bedrijf bij, vind ik. Een brouwer verplicht zich tot gezelligheid.'

Maar de markt dan? Die is toch verre van gezellig. De brouwer: 'Economische groei staat natuurlijk voorop. Wij ondernemen en dus moeten wij groter worden, winst maken. Maar dat geldt ook voor verzekeraars en bankieren. Onze twee andere bedrijfsdoelen vind ik net zo belangrijk. Sociale bescherming van onze werknemer. Respect voor het milieu. Daar draait het hier net zo goed om.'

Voorbeeldje: over drie jaar staat er een fonkelnieuwe brouwerij aan de rand van Enschede. Grolsch begint de 21ste eeuw in 2005 met 150 mensen minder. 'Maar zonder één gedwongen ontslag', benadrukt de algemeen directeur. 'Daar sta ik voor.'

Hij staat ook voor Grolsch op de UT en de Oude Markt. 'Studenten zijn een doelgroep waar een goede brouwer wat mee heeft. Je ziet ze graag je bier drinken. Zeker in de eigen stad.' Wellicht ook daarom zetelt de Grolsch-topman in de Raad van Advies van de Student Union. 'Een interessant project, waar ik voor honderd procent achter sta. De weg naar volledige acceptatie bij al die verenigingen lijkt mij niettemin vrij lang. Maar de Union wordt uiteindelijk een succes, dat geloof ik echt.'

Troch draagt de Universiteit Twente sowieso een warm hart toe. 'Het beste dat de regio na de oorlog is overkomen', zegt hij. Dan komt de nuancering: 'Op Grolsch na dan natuurlijk. Maar wij zaten hier al ver voor den oorlog.'

Grolsch en de Universiteit Twente organiseren 12 oktober 1999 een lezing in de Grote Kerk op de Oude Markt onder het motto: Vakmanschap en Wetenschap. Spreken zal prof. dr. M. Eyskens, gewezen eerste Minister van België en thans Minister van Staat, over 'Leven en ondernemen in de netwerkmaatschappij.

Jacques Troch

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.