![]() |
De afstudeerceremonie vond plaats op een groot schip. Inzetje: Huub Ruël. |
`Koeweiti's maken een hele show van zo'n afstudeerceremonie', vertelt Ruël, een paar dagen na thuiskomst op zijn werkkamer in het Capitool. `Het feest vond plaats op een groot schip, alle studenten droegen een toga en ook de minister van onderwijs was aanwezig.' De docent internationaal management bij de vakgroep Nikos (faculteit MB) moet nog even acclimatiseren. Lacht: `Ik heb anderhalf jaar in Koeweit gewoond en gewerkt. Als het langer had geduurd, had ik me teveel een andere levensstijl aangewend. In het Midden-Oosten ligt het tempo wel lager.'
Ruël is een ervaring rijker en vertelt daar graag over. `Ook omdat ik denk dat er voor de UT heel wat geld te verdienen valt in de Golfstaten. Maar dan moet je die kans wel grijpen.' Hij doelt daarmee op het feit dat het Nederlandse kabinet het onderwijs in de Golfstaten onlangs bestempelde tot `kansrijke sector'. Met andere woorden: daar zit handel in. Alleen lijken universiteiten en hogescholen nog niet echt toe te happen. Ruël: `Ik weet nu uit eigen ervaring dat Koeweiti's staan te springen om westers onderwijs, omdat dat veel meer status en waarde heeft. En daar willen ze graag voor betalen. Ik merk alleen uit de reacties om mij heen, binnen de UT, dat men veel te huiverig is voor het feit om `geld te verdienen aan onderwijs'.'
Huub Ruël. |
Huub Ruël promoveerde in 2001 op de UT, bij de vakgroep HRM, op een onderzoek naar implementatie van ict en werd daarna universitair docent in Utrecht. Op een gegeven moment las hij in The Economist een vacature van de Kuwait Maastricht Business School. `Ik was toe aan wat anders en reageerde. Het sollicitatiegesprek vond plaats in Londen en had een heel `wervend' karakter. De academic director deed erg zijn best om de baan zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Achteraf bleek dat ik de enige westerse docent was die solliciteerde.'
In september 2006 vertrok Ruël naar Koeweit. Het salaris dat hij voor zijn docentschap aan de MBA-opleiding kreeg, liegt er niet om. `Het was netto meer dan een hoogleraar in de hoogste schaal in Nederland verdient.' Grinnikt: `Heel prettig, ja.'
Ruël betrok een appartement in Kuwait City en verzorgde colleges e-business, organizational behavior en human resource management. Dat er een groot verschil bestaat met de studenten in Nederland ontdekte hij al snel. `Ze zijn daar vreselijk onzeker over hun presteren. En die onzekerheid willen de Koeweiti's reduceren tot een minimum. Zo vroegen ze mij van te voren naar de tentamenvragen. Ook moest ik veel stof voorkauwen tot kleine brokjes.' Opvallend was ook hun `slijmerige gedrag'. Ruël: `Ik heb heel wat uitnodigingen gehad voor feestjes, etentjes, maar ook om mij met de auto naar huis te brengen. Eerst wimpelde ik dat allemaal af, omdat ik niet wilde dat de studenten zouden denken er iets voor terug te krijgen in de vorm van een hoger cijfer ofzo. Later werd ik wat gemakkelijker. Dat `vriendjesgedoe' werkt nou eenmaal zo in het Midden-Oosten. Zo zit de maatschappij in elkaar.'
Een groot verschil tussen het Nederlandse en Koeweitse onderwijs is volgens Ruël het prestatiebeloningssysteem. `Op de UT kun je goed of slecht presteren in onderwijs, voor de beloning maakt het niets uit. Op de Kuwait Maastricht Business School daarentegen waren de onderwijsprestaties het belangrijkste criterium bij de beoordelingsgesprekken. Goed presteren leidde tot salarisverhoging en promotie. Natuurlijk, een businessschool is anders dan een universiteit. Maar in Nederland is er geen enkele externe motivator om goed te presteren in het onderwijs.'
Om de zes weken vloog hij terug naar Nederland. Ruëls echtgenote (UT-docent Tanya Bandourak, red.) bleef gedurende zijn expatbestaan in Enschede wonen. `Dat was natuurlijk niet altijd even leuk voor haar.' En uiteindelijk speelde zijn privéleven ook een grote rol in de beslissing om zijn baan aan de Kuwait Maastricht Business School op te zeggen en definitief terug te keren. `Bovendien wilde ik me, naast lesgeven, ook weer op mijn onderzoek richten. Dat stond in Koeweit op een laag pitje.'
Ja, hij moet wel weer een beetje wennen aan het Nederlandse onderwijs. Zoals laatst, toen een student hem wel heel informeel verzocht om de tentamens wat sneller na te kijken. `Zo zouden Koeweiti's mij nooit aanspreken. Studenten zijn uiterst respectvol, ze noemden mij ook altijd doctor Huub. Misschien een beetje té formeel, maar in Nederland slaan we weer door naar de andere kant.'