Had u verwacht dit jaar weer de prijs te winnen?
‘Je wordt genomineerd dus dan heb je natuurlijk altijd een kans. De WB-studenten nomineren namelijk eerst zes docenten en van deze genomineerden wint uiteindelijk degene met de meeste stemmen. Dit gebeurt tijdens een bijeenkomst waarbij alle genomineerden een oorkonde krijgen met de reden waarom ze genomineerd zijn. Vervolgens worden de nummers zes tot en met één bekend gemaakt. Dit jaar was ik degene met de meeste stemmen en daar ben uiteraard erg blij mee.’
Enig idee waarom u dit jaar gewonnen heeft?
‘Volgens de studenten ben ik iemand die ‘het meestal wel weet’ en blijkbaar maak ik af en toe een grapje al kan ik me dat zelf niet voorstellen. Op deze manier word ik in ieder geval op mijn oorkonde beschreven. Maar dat ik gewonnen heb was wel maar nipt. Er zijn meer docenten die het goed doen bij de studenten. Zo heeft dhr. Hagmeijer binnen dezelfde vakgroep ook al twee keer eerder de prijs gewonnen, dus het was spannend en je weet nooit hoe het gaat uitpakken. Wellicht dat het geholpen heeft dat ik vrij veel onderwijs geef, waaronder een bachelorvak waar veel studenten aan deelnemen.’
Wat vindt u belangrijk bij het geven van colleges?
‘Ik probeer op een begrijpelijke manier moeilijke stof over te brengen, want stromingsleer is niet gemakkelijk. Daarnaast gedegen, en met een referentie naar de alledaagse praktijk. Zo spreek je de studenten meer aan. Ik ben altijd goed voorbereid op mijn colleges, zelfs voor vakken die ik al sinds 1993 geef. Ik zit al zo’n 20 jaar in het onderwijs, maar het blijft belangrijk om goed in de stof te zitten. Als je wil doceren moet je zelf ook blijven leren. Op deze manier kun je inhaken op de praktijk en actualiteit.’
Over het algemeen worden veel WB-docenten positief beoordeeld door de studenten. Enig idee hoe dat komt?
‘Dat komt volgens mij omdat er veel docenten zijn met ervaring uit de praktijk. En omdat veel docenten hun vakgebied min of meer als hobby zien. Het is hun lust en hun leven zeg maar. Als je zelf enthousiast bent kun je dat ook makkelijker aan je studenten overdragen.’
Ten slotte, waar komt uw passie voor het onderwijs vandaan?
‘Ten eerste ben ik gewoon enthousiast over mijn eigen vakgebied en wil daar wil ik graag over vertellen. Daarnaast is het leuk om met jonge mensen te werken, vooral als deze gemotiveerd zijn. Toen ik zelf student was had ik altijd al waardering voor goede docenten, die op een boeiende manier hun stof wisten over te brengen. En een goed voorbeeld helpt wel echt. Al moet het voornamelijk uit jezelf komen. Ik zie mijn werk meer als hobby en ga na al die jaren nog steeds graag naar mijn werk.’
Charlotte Rompelberg
