'Vierenveertig huisgenoten'

| Cynthia Bergsma

De één woont alleen, de ander weet niet precies hoeveel huisgenoten hij eigenlijk heeft. De één betaalt nauwelijks voor zijn antikraakpand, de ander ligt krom voor de huur van een villa met zwembad. Er is nogal wat diversiteit in de Twentse kamers. UT Nieuws neemt je wekelijks mee langs de onderkomens van Twentse studenten. Met vandaag...

Bewoner

Marc Huizing (20) is tweedejaars student international business and administrations.

Kamer

Marc woont in de Oude School aan de Paulus Moreelsestraat 15. Kamer nummer 14 behoort sinds twee jaar aan hem toe. Hij betaalt € 280,- voor 15 vierkante meter en het gezelschap van 44 huisgenoten.


Vierenveertig huisgenoten?

‘Dit huis was, voordat het een studentenhuis werd, een basisschool. Daarna is het een tijdje een asielzoekerscentrum geweest. In die tijd zijn ook de huidige kamers gebouwd. Nu wonen wij er. Samen met de naastgelegen bungalo ('zonder w'), die ook op het terrein staat, komen we op 45 man. We hebben een groot schoolplein waar we ’s zomers vaak barbecuen of biertjes drinken, en een gemeenschappelijke kelder die vooral voor feestjes en borrels gebruikt wordt.’

Schoonmaker of sloddervos?

‘Ik heb voor jullie bezoek bewust de boel gelaten zoals het was. Een 'beetje' rommel heeft iedereen, toch? Vooral nu in de tentamenperiode heb ik wel wat beters te doen dan opruimen. Dit is gemiddeld. Maar één ding doe ik eigenlijk nooit: eten op mijn kamer. Dan zou het waarschijnlijk nog wel wat erger zijn. We eten vaak met een groep van acht personen, waarbij we in het gemeenschappelijke eetdeel gaan zitten.’

Het meest bijzondere aan je kamer?

‘Mijn dartbord is niet echt bijzonder, maar wel belangrijk. Als ik de bank aan de kant schuif, heb ik precies de goede afstand om te werpen: 2,3 meter. Verder de FC Twente-sjaaltjes: van elke uitwedstrijd waar ik ben geweest heb ik een sjaaltje. Er hangen er nu een stuk of elf. Afgelopen jaar zijn daar er helaas geen bij gekomen, maar volgend jaar gaan ze weer Europa in dus zet ik die verzameling voort.’

Tijd om wat kratjes weg te brengen?

‘Nou, ik moet bekennen dat ik er vanochtend nog een stuk of acht terug naar de supermarkt heb gebracht. Ik vergeet ze vaak weg te brengen. Daardoor krijg ik met die vele lege kratjes nogal een typische studentenkamer. Aan het einde van de maand maak ik er vaak gebruik van. Dan is het geld vaak op en heb ik toch nog een soort spaarpotje. Boodschappen doe ik dan vaak van het statiegeld.’

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.