Preppretpakket

| Jenna Zaagsma

Jenna Zaagsma (23) is masterstudent educatie in de bètawetenschappen en biomedische technologie. Drie dagen in de week staat ze voor de klas als leraar natuurkunde, in haar vrije tijd is ze te vinden bij studentenscouting Radix en vechtsportvereniging Arashi. Ze schrijft over haar belevenissen en wat haar bezighoudt op en rondom de campus.

Photo by: RIKKERT HARINK

Afgelopen week betrapte ik mijzelf op een nieuw ochtendritueel. De NOS-app openen, met ieder keer dezelfde brandende vraag: is de derde wereldoorlog al begonnen? Ik scroll door een van de vele liveblogs. Oorlog in Europa, bommen in het Midden-Oosten, dreigende taal van wereldleiders. Ik adem kort in, zucht langer uit, en open dan mijn scriptie omdat alles gewoon doorgaat.

Als ik mijn zenuwen deel, krijg ik snel het etiket van doemdenker. ‘Er gebeurt echt niets in Nederland. Je kijkt gewoon te veel nieuws.’ Misschien wel. Maar misschien kijk ik gewoon niet weg. Want zelfs al vallen de bommen ergens anders, het gevoel van dreiging vermomt zich sinds deze week voor mij niet langer als een ver-van-mijn-bedshow. Dus probeer ik met ratio grip te houden. Redeneren, relativeren, controleren. Ontkennen lukt me niet, dus rijzen de vragen zelf op.

Want wat zal later in de geschiedenisboeken het begin van de derde wereldoorlog worden? De aanslagen van 7 oktober? Het offensief in Gaza? De luchtaanvallen op Iran? Of begon het allemaal al veel eerder, bij de annexatie van De Krim? Of beschrijven historici deze oorlog ooit als een die nergens begon, maar zich sluimerend ontrolde. Op zoveel plekken tegelijk, dat niemand precies wist wanneer het misging, tot het mis was.

Maar ook dát weet ik weer weg te redeneren. Want wie schrijft straks die geschiedenisboeken? Dit is geen academisch artikel in IMRaD-structuur met één schijnbare werkelijkheid. Deze conflicten kennen talloze waarheden. Waarheden die nu en straks opgeschreven zijn in minstens zoveel talen, elk met de eigen versie hoe ‘zij’ ‘de vrede’ probeerden te redden. Of deze nu wel of niet door de bevolking wordt gedragen.

Ondertussen betrap ik ook mezelf erop dat ik mijn eigen woorden overweeg. Wat laat ik staan? Wat schrap ik? Wie weet waar ik ooit nog een visum nodig heb. Zelfcensuur als zelfbescherming. Voor een conflict dat hier zogenaamd niet is.

En als al het rationele denken geen houvast meer biedt en ook te groot wordt, zoek ik mijn toevlucht in humor. Ik bedenk me: als het écht misgaat, wil ik een preppretpakket. Geen standaard preppakket met flessen water en een radio op batterijen, maar een doos materialen voor de mentale overleving. Met een doomsdayeditie van Risk, met aanpasbare wereldkaart en speciale actiekaarten als ‘spontane staatsgreep via Reddit’ en ‘verenigend TikTokdansje’. Of met een existentiële-ellende-kletspot: wil je liever een drone als huisdier of een generaal als huisgenoot?

Dus leg ik straks toch een paar flessen water onder mijn bed. Maar het bordspel krijgt minstens net zoveel ruimte. Want je weet nooit wat eerder de redding biedt: een noodrantsoen of je gevoel voor humor.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.