Strafkamp

| Redactie

Lars van de Zandschulp (23) is masterstudent technische bedrijfskunde en staat middenin het Enschedese studentenleven. Hij schrijft om de week een column voor U-Today, over wat hem opvalt in de stad en op de campus. Vandaag over het 'warme welkom' dat nieuwe studenten krijgen.

Photo by: RIKKERT HARINK

Een voordeel aan lang(er) studeren is het leren kennen van de best kept secret studieplekken van de universiteit. Ik ga dus niet vertellen waar ik zat toen ik deze column begon te schrijven, maar plots kwam er een projectgroep van zeven kereltjes naast me zitten. Toen ze begonnen over integreren, raakte ik dermate afgeleid dat ik maar verkaste van zitplek. Zo ben ik dan ook wel weer. Gezien hun ‘onkennis’ van de mores van de betere studeerplekken bleek wel dat dit een vers groepje sjaarzen betrof. Tot zover het best bewaarde geheim. Van de welbekende Kick-Intyfus leken ze al geen last meer te hebben. Sterker nog, ze zagen er nog fit en leergierig uit, zo zonder een eerste tentamenweek of zelfs deadline achter de rug.

Het blijft herkenbaar maar toch elk jaar een beetje minder, het onbedoelde ‘aanschouwspel’ van de eerstejaars. Eigenlijk is er niks nieuws onder de zon, hoe zij de universiteit uit haar zomerslaap laten ontwaken. Vol goede moed komen ze naar Enschede, met het standaard scala aan gespreksonderwerpen zoals ‘Eigenlijk wilde ik geneeskunde doen’, ‘Ik zat op voetbal, vriendenteampje, ben vooral goed in de derde helft, haha’ en ‘Wat is nou het verschil tussen Taste en Audentis?’

Gelukkig voor de eerstejaars zetten de ingewijdenen van het ‘Enschedeese’ hun beste beentjes voor door de bovenstaande klassiekers te beantwoorden met ‘Ja maar aan TG heb je eigenlijk veel meer hoor!’, ‘Je kunt hier ook voetballen.. denk ik’ en ‘Daar moet je zelf achterkomen door te gaan kijken, maar je bent anders ook welkom bij ons op de begane grond hoor!’

Na een paar dagen de stad laten zien is de koek vaak wel op, en hebben de ouderejaars genoeg zopie gehad. Tijd om de kiddo’s uit te zwaaien naar het leukste onderdeel van de Kick-In, de faculteitskampen. Met 30 graden en 160 man in tenten op een weiland wachten tot je weer bier mag drinken, dolle pret. Voor de meegereisde ouderejaars dan. In mijn eerste jaar heb ik met wat lotgenoten het Stresskamp grotendeels kunnen vermijden door een wandeling van een uur te maken naar de dichtstbijzijnde lunchroom. Bij terugkomst was het toevallig net ‘bier uur’.

Vooral het Paradokskamp voor TG en BMT staat al sinds jaar en dag officieus bekend als Het Strafkamp. Elke editie bereiken de noodsignalen de gelukkige thuisblijvers in Enschede. Je eigen legertenten opzetten om daarna urenlang voorstelspelletjes te moeten spelen is nog maar het begin. Wonder boven wonder is er elk jaar een probleem met de bierlevering, van geschudde fusten tot ontbrekende hopfilters. Als het bier dan eindelijk is aangesloten, blijft er slechts de meest rampzalige festivalervaring ooit over. Rondstruinend op een dor weiland je ellende wegzuipen, wachtend op een act die niet komt opdagen. En dat is dan nog maar dag 1.

Dit jaar heeft het thuisfront extra kunnen meegenieten, omdat een kiddo een rondslingerend draaiboek van de organisatie wist te bemachtigen. Aan de Pakkerijverenigingen wordt in de Kick-In zeer duidelijk gemaakt dat ze goed op hun woorden en daden moeten letten voor het geval een kiddo het niet naar zijn zin heeft. Die stelregel wordt in het draaiboek van Paradoks vakkundig omzeild. De tweede dag begint om 07:00, waarbij de kiddo’s door een groep semi-korporalen uit bed geschreeuwd en gedrild worden tot het volgende puntje op het draaiboek: ‘kiddo’s schoonspuiten’. Er zijn wel douches, maar alleen voor de organisatie. Om 09:15 moet de crew even opletten, dan mogen zij ‘vieze spellen klaarzetten’ en de frituur opruimen. Uiteraard is die ook alleen voor de crew.

Na een sportmiddag en barbecue wordt de studentenparel weer aangerukt, een cantus. De verwachting is dat die niet zo leuk is, want de crew moet de uitgang van de tent barricaderen met tafels en banken ‘voor uitrennende kiddo’s’. Iets later moet er opgelet worden dat ze niet ontsnappen. Na afloop van de cantus ‘gaat er iemand los met de tuinslang op de kiddo’s’ om zeker te weten dat er niemand lekker slaapt en dient de rand van het terrein bewaakt te worden. Dat is denk ik niet om indringers tegen te houden.

Ik weet het nu wel zeker, die zeven frisse en fruitige jongens die mij zojuist verjaagd hebben, zijn geen eerstejaars TG-studenten. Dan hadden ze naast de Kick-Intyfus ook een Kick-Intrauma moeten meezeulen in hun veel te grote rugtassen.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.