Instroom: lichte daling bachelors, forsere daling masters

| Rense Kuipers

De UT verwelkomde dit collegejaar minder studenten dan vorig jaar, zo blijkt uit de laatste instroomcijfers die woensdag bekend werden. Het gaat om 3 procent minder bachelorstudenten en 9 procent minder masterstudenten.

Photo by: Rikkert Harink
Eerstejaars bij de Kick-In, ter illustratie.

Net als vorig jaar gaat de UT in tegen de landelijke trend: de meeste universiteiten verwelkomen minder internationale studenten. In het geval van de UT is er sprake van een stijging van 16 procent non-EER-studenten. Daartegenover staat dat het aantal Nederlandse studenten licht daalt.

‘Houden ons goed staande’

Irene van der Ploeg, hoofd marketing, constateert dat de UT alleszins tevreden kan zijn met die cijfers. ‘We houden ons goed staande in een competitieve markt en in turbulente tijden.’ Dat het aantal studenten van buiten de Europese Economische Ruimte (EER) toeneemt, komt volgens haar door de instroom vanuit Twente Pathway College (TPC). ‘De nieuwe aanwas vanuit het schakeljaar zorgt voor een positief effect. Maar er is ook reden tot zorg. TPC stopt volgend jaar noodgedwongen. We kunnen alleen dat collegejaar nog rekenen op de komst van hun studenten.’

In absolute aantallen zijn er geen grote verschillen te zien ten opzichte van vorig jaar: toen stroomden 2087 bachelorstudenten in, dit jaar zijn dat er 2028. Twaalf bacheloropleidingen zien hun instroom dalen, negen noteren een stijging. Met name Creative Technology en technische geneeskunde herstellen zich na een instroomdip vorig jaar.

Meer Nederlandse studenten bij psychologie

Ook bij psychologie zijn de cijfers opvallend; die opleiding biedt sinds september een nieuwe Nederlandse track aan en verwelkomt 42 procent meer Nederlandse studenten dan vorig jaar, terwijl het aantal Duitse studenten afneemt.  

In absolute cijfers is technische informatica de grootste daler: die opleiding verwelkomt 61 eerstejaars minder. Volgens Van der Ploeg een logisch gevolg van de ontwikkelingen sinds vorig jaar. ‘Toen zag die opleiding een piek vanwege het afschaffen van de numerus fixus. Nu veert de instroom logischerwijs iets terug, maar nog steeds ruim boven het niveau van twee jaar geleden.’

Post-covid-effect

De masterinstroom daalt forser, met 9 procent ten opzichte van vorig collegejaar. In september stroomden 1154 masterstudenten in. Volgens Van der Ploeg heeft dit te maken met lagere doorstroom uit eigen UT-bachelors en minder doorstromende hbo’ers. ‘We kunnen spreken van een post-covid-effect als we kijken naar de eigen doorstroom. Drie jaar geleden kregen we minder bachelorstudenten binnen, dat zien we nu terug in de cijfers bij de masters.’

Qua internationale masterstudenten daalde de instroom van studenten buiten de Europese Economische Ruimte met 19 procent. Met name uit China en Indonesië stokt de instroom ietwat, maar een verklaring daarvoor heeft Van der Ploeg niet. ‘Maar het heeft wel onze aandacht, de internationale instroom blijft belangrijk.’

Elf masteropleidingen lieten een groei zijn, achttien masters juist een daling. De grotere, populairdere opleidingen konden hun instroom op peil houden, terwijl juist de kleinere masters ‘vragen om gerichte aandacht en ondersteuning’. Zo liep de onderwijsmaster Educational Science & Technology terug van 35 naar dertien studenten. Nanotechnology en European Studies tellen elk elf nieuwe studenten dit jaar. Bij Construction Management and Engineering staat de instroom de laatste jaren op zes studenten.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.