UT ventileert volgens strenge eisen ‘Frisse School’

| Jelle Posthuma

Sinds de zomer is ventileren het nieuwste coronadevies. Het zorgt op de campus voor de nodige hoofdbrekens. Want wat is precies voldoende frisse lucht? ‘De UT is strenger dan de overheid.’

Het ventilatievraagstuk is ingewikkeld, zegt manager Integrale Veiligheid Erwin Medendorp. Hij is tevens voorzitter van de werkgroep Reconnect, die zich buigt over het ‘veilig teruggaan’ naar de campus. Volgens Medendorp is de eerste boodschap van de overheid helder: goed ventileren is cruciaal. ‘Dit verkleint verspreiding van ziekteverwekkers die luchtweginfecties veroorzaken, zoals het coronavirus’, valt te lezen op de website van de Rijksoverheid.

Maar de tweede stap, welke eisen er precies aan goede ventilatie worden gesteld, is minder eenduidig, stelt Medendorp. ‘Vanaf het begin van de crisis zijn we het gaan uitzoeken en stuitten via het RIVM op het Bouwbesluit. Dit zijn algemene bouwtechnische voorschriften voor luchtverversing. Nieuwe gebouwen zijn onderworpen aan tamelijk strikte ventilatie-eisen, maar voor bestaande gebouwen is de norm erg laag: de helft minder dan voor nieuwbouw. Om de verspreiding van Covid te voorkomen is het Bouwbesluit voldoende, zegt de overheid.’

Frisse Scholen

En dus voldoen alle UT-gebouwen aan de minimale ventilatie-eisen van de overheid. De universiteit neemt er geen genoegen mee. ‘Dit is eigenlijk niet wat je wilt’, zegt Medendorp. ‘Niet alleen vanuit Covid-perspectief, maar ook vanwege comfort. Daarom is de UT op zoek gegaan naar passender en daarmee strengere eisen.’ Na een korte zoektocht komt de universiteit uit bij Frisse Scholen, een keursysteem voor schoolgebouwen. Deze door de GGD en RIVM opgestelde richtlijnen stellen strengere eisen aan de luchtkwaliteit dan het Bouwbesluit.

De Frisse School is ver voor de pandemie ontwikkeld en bestaat al sinds 2005. ‘Het heeft eigenlijk niets met corona te maken. Het idee is simpel: als je met tien man in een slecht geventileerde ruimte zit, dan gaat het CO2-gehalte razendsnel omhoog. Je krijgt er letterlijk hoofdpijn van en dit is niet bepaald bevorderlijk voor de leerprestaties. Daarom is goed ventileren van groot belang.’

Mechanisch of ramen open?

Aan de hand van de Frisse School-eisen maakte de dienst Campus & Facility Management (CFM) een inventarisatie van alle collegezalen op de UT. ‘Met flowmeters is onderzocht hoeveel lucht er door de ruimtes geblazen wordt. Uit deze analyse bleek dat het gros van de collegezalen voldoet aan de eisen van de Frisse School, mits de maximale capaciteit niet wordt overschreden. Bij collegezalen waar de toevoer nog niet op orde was, hebben we aanpassingen aangebracht.’

De tweede categorie op de campus, kantoren en andere ruimtes, zorgde opnieuw voor de nodige hoofdbrekens. ‘Ook hier is uiteindelijk gekozen voor de eisen van de Frisse School. Voor de gebouwen op de campus met mechanische ventilatie levert dit weinig problemen op. Maar in de andere, oudere gebouwen moeten we voor voldoende ventilatie zorgen door een raam open te zetten, of een ventilatierooster te openen. Dat is vanuit comfortperspectief niet altijd ideaal.’ Het is bovendien belangrijk, ook bij mechanische ventilatie, dat de maximale capaciteit niet wordt overschreden, benadrukt Medendorp. ‘Maar ik snap dat we in de praktijk nu eenmaal kampen met ruimtegebrek.’

De ventilatieknelpunten op de campus zijn met name de oude gebouwen, zoals de Vrijhof, Zilverling, Cubicus, Citadel en de blokhutten. ‘In deze gebouwen is vaak alleen afzuiging van lucht, maar geen mechanische toevoer. Daarom is een raam open hier het devies. Deze panden zijn overigens vaak zo lek als een mandje, waardoor er vaak alsnog voldoende toevoer van nieuwe lucht is. Alleen is dit moeilijk meetbaar en ook weer vanuit comfortperspectief niet ideaal.’

Coronaverspreiding

Het ‘tweesporenbeleid’ van de overheid – goede ventilatie is vereist maar het Bouwbesluit stelt veel te lage eisen – maakt het volgens Medendorp ingewikkelde materie. ‘Ik zal een voorbeeld geven van de afgelopen Kick-In. Iedereen kent het beeld van dampende feesttenten, waar de luchtkwaliteit op z’n zachts gezegd niet goed is. Wij wilden in de feesttenten veel frisse lucht blazen, maar hebben dat in overleg met de GGD uiteindelijk niet gedaan. Zij zeiden dat een flinke luchtstroom de verspreiding van het virus alleen maar verergert. Het is kortom geen gemakkelijk proces, wil ik maar aangeven.’

Toch is Medendorp positief gesteld over de huidige veiligheidssituatie op de UT. ‘Er is een hoge vaccinatiegraad onder medewerkers en studenten. Vanaf 1 september zijn er in totaal elf coronabesmettingen gemeld binnen de gemeenschap, en dan te bedenken dat studenten weer volledig naar de campus mogen komen. Daar ben ik heel blij mee.’

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.