Honderd extra vrouwelijke hoogleraren, maar uni’s zijn er nog niet

| HOP, Irene Schoenmacker

Het is de universiteiten gelukt om honderd extra vrouwelijke hoogleraren te benoemen. Hiervoor waren er even zoveel ‘Westerdijkbeurzen’ beschikbaar gesteld. ‘We moesten het nu echt met een ingreep proberen.’

Vorig jaar was het een eeuw geleden dat de eerste Nederlandse vrouw, Johanna Westerdijk, hoogleraar werd. In het ‘Westerdijkjaar’ stelde het ministerie vijf miljoen euro beschikbaar voor het aanstellen van honderd extra vrouwelijke hoogleraren. Op deze manier zou de wetenschap een impuls krijgen om diverser te worden: slechts negentien procent van de hoogleraren in Nederland is vrouw.

Athena’s Angels

Het idee voor de Westerdijkgelden kwam van actiegroep Athena’s Angels, een initiatief van vier vrouwelijke hoogleraren die zich inzetten voor de belangen van vrouwen in de wetenschap. Naomi Ellemers, Universiteitshoogleraar aan de Universiteit Utrecht, is ‘heel blij’ met de benoemingen. ‘Het is uniek dat zoveel partijen als de universiteiten, NWO en het ministerie de handen ineen hebben geslagen om dit mogelijk te maken.’

Alle universiteiten konden afgelopen jaar aanvragen indienen bij onderzoeksfinancier NWO. Eén van de voorwaarden voor goedkeuring was uitzicht op een vast dienstverband. Het geld is bedoeld als ondersteuning, maar de universiteit zal zelf natuurlijk ook moeten bijleggen. De honderd extra vrouwelijke hoogleraren komen bovenop de streefcijfers die de universiteiten in 2020 gerealiseerd willen hebben.

UT vult vier plekken in

Voor de UT waren vier plekken beschikbaar, die worden ook ingevuld. Maar niet elke universiteit wist voldoende kandidaten bijeen te sprokkelen. De Erasmus Universiteit (EUR)  bijvoorbeeld gaat vier vrouwelijke hoogleraren benoemen, terwijl het ministerie geld beschikbaar had gesteld voor zeven benoemingen en slechts elf procent van de hoogleraren vrouw is bij de Rotterdamse universiteit. Ook Wageningen diende maar één aanvraag in, terwijl er beurzen waren voor vijf.

Andere universiteiten mochten daarom extra verzoeken doen, en dat hebben ze ook gedaan. Zo konden de Universiteit Utrecht en de Universiteit Leiden elk nog twee beurzen erbij krijgen, en de TU Delft en de Open Universiteit ieder een.

Scepsis

Ellemers hoopt dat nu de scepsis verstomt. ‘Critici zeiden: is het niet een generatie-effect dat er zo weinig vrouwelijke hoogleraren zijn? Moeten we niet nog tien of twintig jaar geduld hebben? Maar ik volg dit onderwerp nu al zo lang, en dat zijn de verklaringen niet. We moesten het nu echt met een ingreep proberen.’

Veel vrouwen haken af na verloop van tijd in de wetenschap, zegt Ellemers. ‘Die geven aan zich niet thuis te voelen.’ Het is nog steeds een mannenbolwerk, wat voor een gevoel van isolatie kan zorgen. ‘Ik sprak laatst een man die zei het op de lange termijn ook niet leuk te vinden als hij de enige man was tussen allemaal vrouwen.’

De nieuwe aanstellingen brengen daar hopelijk verandering in. ‘Het is een signaal dat vrouwen wel degelijk gezien en gewaardeerd worden.’  

Cultuuromslag?

Ellemers was zelf betrokken bij benoemingen aan de Universiteit Utrecht. ‘Hier waren heel goede kandidaten. Hoe kan het dat we die niet eerder hebben gevonden, zei de commissie zelf ook.’ Zelf denkt ze dat er toch vaak voor the usual suspects wordt gekozen, en dat vrouwen over het algemeen afwachtender zijn dan mannen. ‘Ze denken eerder: misschien ben ik wel niet goed genoeg.’

Leiden deze benoemingen nu tot de gewenste cultuuromslag? Dat zou best kunnen, denkt ze. ‘Misschien dat nu de vicieuze cirkel doorbroken wordt.’ Van quota is ze geen voorstander. ‘Ik spreek liever van streefcijfers. Het is belangrijk die goed bij te houden en zo te checken of we op de goede weg zijn. Maar wel vanuit een positieve insteek, zoals met dit soort initiatieven als de Westerdijkbeurzen bijvoorbeeld.’

Old boys netwerk

Ook minister Van Engelshoven is blij met de benoemingen. ‘Dit laat zien dat als je echt wil en echt je best ervoor doet, het lukt om meer vrouwen te benoemen en zo het old boys netwerk open te breken’, zegt ze in een persbericht.

Het extra geld heeft universiteiten ‘het broodnodige duwtje in de rug’ gegeven, maar ze zijn er volgens de minister nog niet. ‘We hebben nog een lange weg te gaan voor we kunnen spreken over een evenredige verdeling, maar de inzet van de universiteiten het afgelopen jaar geeft vertrouwen.’­­

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.