Paul de Kuyper
‘Verklein de volgafstand tot 56 meter,’ klinkt uit de luidspreker van de Smart. Een van Risto’s proefpersonen rijdt met tachtig kilometer per uur over een virtuele snelweg op het scherm voor haar. Ze krijgt verschillende opdrachten haar voorganger op een vaste afstand te volgen, vervolgens die afstand te vergroten of verkleinen en dan de nieuwe tussenruimte vast te houden.
De voorruit van de Smart is weggehaald, evenals het dashboard. Het rem- en gaspedaal zijn vervangen en gekoppeld aan de meetapparatuur van Risto. ‘Ik wil bij veertig proefpersonen meten hoe ze reageren op opdrachten waarbij ze de volgafstand moeten verkleinen of vergroten naar een bepaald aantal meters of een opgegeven aantal seconden. Een deel van de groep krijgt feedback, een signaal als de gevraagde afstand is bereikt, een ander deel van de groep moet het helemaal op gevoel doen.’
Automobilisten vinden het volgens Risto moeilijk om hun volgafstand in te schatten. ‘Probeer zelf maar eens om twee seconden afstand te houden. Ik zou niet weten wat een volgafstand van 28 meter is.’ Met de rijsimulatorexperimenten wil hij achterhalen wat voor adviezen over de volgafstand bestuurders prettig vinden en welke ze ook in staat zijn op te volgen.
Die twee seconden zijn niet uit de lucht gegrepen. Volgens Risto is dat wat doorgaans wordt beschouwd als een veilige volgafstand. Maar, weet hij ook, de daadwerkelijke afstand tot de voorganger is vaak veel korter, meestal rond de seconde. En dat leidt tot files, want met een korte tussenruimte moet je steviger remmen als de auto voor je een beetje gas terugneemt. Dat werkt als een harmonica door naar achter tot er een file staat. ‘We kunnen een deel van het fileprobleem oplossen als we het rijgedrag van mensen weten te beïnvloeden,’ aldus de promovendus.
De vakgroep Verkeer, Vervoer en Ruimte wil met de uitkomsten van de experimenten een bestuurdersadviessysteem ontwikkelen. Steeds meer auto’s zijn uitgerust met toepassingen als cruisecontrol die het rijgedrag van automobilisten beïnvloeden, maar volgens Risto – afgestudeerd psycholoog aan de UT – wil de mens liever zo veel mogelijk zelf de controle houden. Het belangrijkst is daarom volgens hem dat er een adviessysteem komt waar de bestuurder vertrouwen in heeft. ‘En je moet er als automobilist ook voordeel van hebben, bijvoorbeeld dat je beter kunt doorrijden. Als je als bestuurder straks alleen maar adviezen aan het uitvoeren bent, zonder er enig profijt van te hebben, wil je zo’n systeem waarschijnlijk niet gebruiken.’
Malte Risto geeft een van zijn proefpersonen de laatste instructies. (Foto: Gijs van Ouwerkerk)