Oldenzaalsestraat 315, maandagavond, 19.00.
Mannencultuur. In de woonkamer scharen de acht mannelijke bewoners zich op grote leren banken rondom de openhaard. Het vuur knettert gezellig. Met een biertje in de hand en hun huisjasje aan, steken de huisvrienden van wal. `We zijn een actief studentenhuis. Er wordt veel van je verwacht, maar je krijgt er des te meer voor terug. Daar kies je bewust voor als je hier komt wonen. Vrouwen wonen er (al lang) niet meer. De laatste vertrok in 2002. Die passen niet in deze mannencultuur, ze begrijpen onze leefgewoontes en humor niet.'
Trots. De mannen zien het als een voorrecht om in dit studentenhuis te wonen. `We leven in een megavilla met 1,2 hectare grond en 8 topjongens. Het huis kent een rijke geschiedenis met vele tradities die we in ere houden. Natuurlijk zijn we daar trots op, dat steken we niet onder stoelen of banken.'
Gala. Huize `t Pott is bekend in de studentenwereld. Niet alleen in Enschede, maar ook in steden als Leiden of Utrecht. `Inmiddels is er een groot netwerk ontstaan van oud-bewoners die door heel Nederland wonen. Zij komen nog steeds over de vloer om hun studententijd op te halen. Bijvoorbeeld tijdens het jaarlijks terugkerende gala. Een groots evenement. Dan zijn we met alle mannen een week full time aan het werk om het feest weer tot een doorslaand succes te maken. Alles wordt tot in de details geregeld. We ontruimen de gehele begane grond en richten deze stijlvol in om een onbeschrijfelijke nacht te creëren voor ruim driehonderd man. Het 25-ste gala was afgelopen december. Als herinnering staat eenzelfde aantal Moët & Chandon champagneflessen bovenop de schouw.'
Vrienden voor het leven. `De meeste nieuwe huisgenoten komen via via binnen. Een kijkavond vinden we te massaal. We nodigen liever studenten uit voor een etentje, zodat we goed kennis met ze kunnen maken. Als het niet klikt, zijn ze ook snel weer weg. We willen tijd investeren in de kandidaten en ze zo goed mogelijk leren kennen. Pas als iedereen het er mee eens is, wordt er iemand uitgekozen. We zijn hier namelijk niet alleen maar huisgenoten van elkaar. Als je hier komt wonen, ga je een vriendschap voor het leven aan. Je leeft hier écht samen, we zijn een soort van broers van elkaar, zo close zijn we. Voor buitenstaanders kan dat raar zijn, maar als je hier woont, voelt het heel echt. Een afwijzing hebben we nog nooit gehad, iedereen die hier komt kijken is enthousiast en wil er ook wonen.'
Geen tv. `We hebben geen televisie in de huiskamer. Dat vinden we niet nodig. Er is toch niets aan om met z'n allen naar zo'n kastje te kijken? We kletsen liever met elkaar bij het haardvuur, drinken een pilsje aan de bar of gaan golfen in ons weiland. Veel studenten denken dat er hier alleen maar geborreld wordt, maar dat is zeker niet het geval. We proberen elkaar te stimuleren om actief te zijn. We zijn allemaal serieus bezig met onze studie of in het bestuur van een vereniging. Niemand heeft er voordeel bij als je je studie niet haalt, want dat betekent dat diegene weg moet en dat willen we uiteraard niet. Tijdens de tentamenweek leren we regelmatig samen.'
Open deur beleid. Iedereen mag bij iedereen binnenkomen als hij daar zin in heeft. Alleen om te studeren of om te slapen zijn we in onze kamer, maar meestal zijn we samen. Zo eten we iedere avond samen. Dat voelt zeker niet als een verplichting, integendeel. Daar kies je voor als je hier komt wonen en het is altijd reuze gezellig.'
Huisdirecteur. `De huisdirecteur is de langst wonende in huis. Hij heeft het meeste aanzien en wat dat betreft is er ook een zekere hiërarchie binnen huize `t Pott. De directeur zorgt ervoor dat alles goed geregeld is. Dat moet ook wel, want het is een groot en oud huis, dat kun je niet laten sloffen. Daarom heeft iedereen een taak. Van keukenhulp, tuinman tot penningmeester. In onze maandelijkse vergadering spreken we alles door. Moet er nog iets vernieuwd worden, ziet alles er netjes uit? We hebben geen poetslijst zoals de meeste huizen. Bij ons kent iedereen zijn taak, daarvoor hoeven we niet op een papiertje te kijken. We houden ons eraan en wanneer dit niet het geval is, wijzen we diegene daar dan ook duidelijk op. Dat tolereren we natuurlijk niet in dit huis. Op deze manier houden we alles goed bij. Daarnaast hebben we één keer in het jaar een klusweek. Dan gaan we met alle mannen een ruimte flink onder handen nemen. Vorig jaar waren dat bijvoorbeeld de badkamers.'
Geheimen. `Voor elkaar hebben we geen geheimen, maar voor buitenstaanders zijn deze er wel. Dat is het mysterieuze dat om het huis heen hangt. Zo weet niemand hoeveel huur we betalen of hoe nieuwe bewoners worden ingewijd in het huis. Andere zullen het zien als arrogant, maar het is niets meer dan traditie. Of we een geheim kunnen vertellen? Dat zal niet snel gebeuren, een beetje mysterieus moet het huis wel blijven.'
(Foto's: Maurits Diephuis)
De bewoners van `t Pott, links van de haard: Ruard Visser (tweedejaars textielmanagement, Saxion), Peter Schoenmaker (derdejaars small business, Saxion), Wouter Bouvy (tweedejaars BK), Eric van Det (tweedejaars TBK), rechts: Frank-Jan Drost( eerstejaars TG), Alex van 't Hoff (vierdejaars TB), Thijs Faber (eerstejaars TG) en Ruud ter Stege (derdejaars TBK).
