Nee, hij gaat niet stemmen volgende week woensdag. Principekwestie. Want wat hem betreft was het inmiddels veelbesproken referendum er nooit gekomen. `Ik ben voor de parlementaire democratie. Laat die 150 parlementariërs van ons maar beslissen. Helemaal nu het om zo'n complex onderwerp gaat vind ik het niet eerlijk om aan de burger te vragen: goh, kijk je even mee? Bovendien dreigt het gevaar dat mensen nee zullen stemmen omdat ze tegen de euro zijn of omdat ze Balkenende een hak willen zetten. Hetzelfde geldt trouwens voor de voorstemmers. Beide kiezen puur op gevoel. Er spelen zoveel dingen mee in de hoofden van mensen. Maar het gaat niet om Turkije, het gaat niet om de euro en het gaat niet om ons softdrugsbeleid.' De gebrekkige voorlichting leidt tot nog meer verwarring, meent Wessel. `In een van de folders staat dat Europese regels straks boven Nederlands recht gaan. Dat is al sinds de jaren zestig zo! Niks nieuws onder de zon.'
Sowieso bevat de grondwet weinig nieuws, vindt de hoogleraar. `Het is een goede zaak dat alle verdragsteksten, protocollen en wijzigingen die in de loop der jaren zijn toegevoegd, nu netjes zijn geordend en doorgenummerd met een nieuw kaftje erom. Maar het verdrag van Maastricht was veel ingrijpender. Toen werd onder meer besloten tot de euro. Dáár gebeurde iets nieuws. Doordat ze dit verdrag een grondwet hebben genoemd en er een volksreferendum over houden, lijkt het allemaal stukken belangrijker dan het is. Officieel is het trouwens geen echte grondwet, maar een verdrag tot vaststelling van een grondwet. De term is verkeerd gekozen en pretendeert bovendien dat Europa een staat aan het worden zou zijn. Dat is beslist niet aan de orde. Juist niet, zou ik willen zeggen, want in deze grondwet worden de bevoegdheden juist beter verdeeld en krijgen zowel het Europese als het nationale parlement meer te zeggen. Dat is gunstig voor de nationale staat.' Wessel vreest dan ook niet voor een Europa als superstaat. `Dat gebeurt niet. De EU-leden hechten daarvoor teveel aan hun eigen identiteit. Misschien nu zelfs nog wel meer dan voor de Europese integratie.'
Wessel benadrukt dat de grote landen bovendien niet met besluiten aan de haal kunnen gaan, iets waar veel Nederlanders huiverig voor zijn. `De besluitvorming wordt door deze grondwet verbeterd. In het huidige systeem komen de grote landen er eigenlijk bekaaid af. In Duitsland bijvoorbeeld wonen dertig procent meer mensen dan in Frankrijk, maar de landen hebben evenveel stemmen. En Malta heeft tien procent van de stemmen van Duitsland, maar slechts een half procent van de bevolkingsomvang. Straks is de bevolkingsomvang het criterium. Eerlijker en simpeler. Maar de grote landen kunnen niet zomaar hun gang gaan, er zijn nog altijd vijftien landen vereist om een besluit te kunnen nemen.' Dat het veto op veel terreinen verdwijnt maakt de Unie volgens Wessel slagvaardiger. `En er zijn genoeg noodremmen ingebouwd om te voorkomen dat dingen die onze samenleving echt belangrijk vindt, zoals ons euthanasie en abortusbeleid, op de helling gaan. Realiseer je echter wel dat andere landen ook aan die noodrem mogen trekken op punten die zij belangrijk vinden.'
Een steviger buitenlands beleid en een minister van Buitenlandse Zaken zijn volgens Wessel goede zaken. `Europa is een belangrijk handelsblok in de wereld en als wij China of Amerika ook politiek fatsoenlijk te woord willen staan moeten we met een duidelijk gezicht naar buiten treden.'
Zijn stemadvies is dan ook: stem voor. `Er verandert heel weinig en wat er verandert zijn goede dingen. Door nee te stemmen krijgen we echt niet de gulden terug. Europa bestaat al, daar veranderen we niks meer aan, maar we kunnen het wel democratischer, slagvaardiger en overzichtelijker maken.'
Rames Wessel: …wat er verandert zijn goede dingen… (foto Arjan Reef)