De activiteiten van CIV en Dinkel worden opgeheven en keren terug in een andere, afgeslankte vorm binnen de nieuwe dienst ICT. Daarbij is een belangrijk onderscheid gemaakt tussen directe onderwijs- en onderzoeksgebonden ICT en algemene ICT-dienstverlening.
De eerste blijft georganiseerd binnen de faculteiten en instituten terwijl de algemene ICT-dienstverlening onderdak vindt in de nieuw op te richten dienst. De invulling zal substantieel meer volgens detachering plaatsvinden. Het taakveld heeft enerzijds een sterk innovatief karakter - zoals bij TeleTop, C@ampus en de Digitale Universiteit - en betreft anderzijds secundaire dienstverlening (onderwijskundig, bibliothecair en integraal informatiemanagement). Aan beide kent het CvB grote waarde toe voor de directe en verdere toekomst. Gestreefd wordt naar een besparing van 33,2 fte op een totaal van 182,5 fte van CIV en Dinkel samen.
Ir. Sir Bakx, na het vertrek van Tom Koppen waarnemend directeur van het CIV: 'Ik kan volmondig zeggen dat het CvB de ideeën die door ons zijn ingebracht serieus heeft meegenomen. Drie punten vind ik dan ook positief. In de eerste plaats worden de ICT-activiteiten op de UT bijeen gehouden. Alleen zó kan de UT de IT-ambities die het heeft optimaal waarmaken. Verder zal de dienst ICT heel dicht aanleunen tegen de onderwijskundige en bibliothecaire dienstverlening die tot de primaire processen van de UT horen. Tenslotte herken ik me in de redenering dat men de bezuinigingen op ICT-gebied voornamelijk zoekt in schaalvergroting en standaardisatie bij de algemene ICT-dienstverlening.
Wel zijn er serieuze problemen die op korte termijn echt opgelost moeten worden. We hebben nog geen nauwkeurig inzicht welke huidige functies precies vallen onder de centrale en welke onder de decentrale algemene ICT-dienstverlening. Aan de inventarisatie daarvan moet hard worden gewerkt om de betreffende medewerkers vóór 1 september de duidelijkheid te kunnen geven waar ze recht op hebben.' Bakx zegt dat er een kans is dat hij met het oog daarop niet op vakantie gaat of deze uitstelt.'
P. Daalmans (Dinkel) en P. Fij (Beleidsbureau) wensen geen commentaar te geven op de nota.
