De Eerste Kamer overweegt om toch hogere collegegelden toe te laten voor topmasters. Dat bleek bij de acceptatie van de wetsvoorstellen over de bachelor-masterstructuur en de accreditatie.
Onderwijsminister Hermans kreeg dinsdag uitzicht op een succesje. De Eerste Kamer stemt volgende week over een motie waarin de Christenunie, D66 en de VVD hem vragen hogere collegegelden mogelijk te maken voor internationale topmasters. De indieners vinden dat voor veel betere opleidingen ook meer geld gevraagd moet kunnen worden.
In de Tweede Kamer was eerder veel tegenstand voor deze 'collegegelddifferentiatie'. Vooral uit angst dat er ongelijke toegang tot het onderwijs zou ontstaan, stemde daar een grote meerderheid tegen de voorstellen.
Hoe Partij van de Arbeid en vooral het CDA in de senaat zullen stemmen, is vooralsnog onduidelijk. Opvallend is wel dat D66-fractievoorzitter Schuyer de motie expliciet steunt als mede-indiener. Zijn partijgenoot Ursie Lambrechts vindt dat jammer.
'Collegegelddifferentiatie is voor ons bespreekbaar', zegt het Tweede Kamerlid. 'Alleen hadden wij daar harde voorwaarden bij.'
In de Tweede Kamer wilde D66 dat studenten altijd toegang moesten hebben tot een 'gewone' masters. Het hogere bedrag moest bovendien geleend kunnen worden. Topmasters mochten er bovendien pas komen zodra de universiteiten en hogescholen de bachelor-masterstructuur hadden ingericht. In de Eerste Kamermotie is nu alleen de tweede voorwaarde opgenomen.
