Je zit in het bestuur van een vereniging en de zaken lopen niet zoals je wilt. Er zijn problemen. Organisatorisch of koerstechnisch. Je zult er met mensen over moeten praten. Ze moeten confronteren. Dat is een onaangename en vaak moeizame taak, zo lijkt het.
Of is confronteren juist constructief voor je vereniging? Confronteren, hoe doe je dat? Ruim vijftig studentbestuurdens bezochten begin deze maand een trainingsmiddag van KPN. Initiator: de Student Union.
Al gauw werd duidelijk dat een confrontatie niet per definitie als iets vervelends hoeft te worden gezien. Je kunt er voor weglopen, omdat een confrontatie tijd kost of omdat je niemand wilt kwetsen. Maar op termijn is dat geen oplossing. Bij een confrontatie, zo bleek, is veel te winnen, voor een vereniging, voor jezelf. Vaak wordt door een duidelijke communicatie de efficiëntie van het stuurproces verhoogd en valt er voor de partijen onderling veel te leren door wederzijdse feedback.
Tijdens de trainingssessie werden theorie en praktijk goed op elkaar afgestemd. Aan de hand van een model van Dennis C. Kinslaw werden 'de juiste vaardigheden in de juiste volgorde' gezet. Confronteren doe je in verschillende fasen. In de eerste fase presenteer je het probleem. Niet in de eerste zin, maar ook niet omslachtig. Wees dus specifiek, toekomstgericht ('ik wil dat het anders wordt en wel als volgt...') en beperk je tot één probleem.
In de tweede fase win je zoveel mogelijk informatie in door de reacties die je krijgt. Zorg dat je het eens wordt over de problemen en oorzaken. Het is goed om een en ander aan het eind samen te vatten. De kunst is om degene die je confronteert, het probleem zó goed duidelijk te maken dat hij of zij zelf met oplossingen komt. De kans oip een succesvolle uitvoering is dan veel groter, dan wanneer je zelf alle oplossingen aandraagt. Dit is fase drie. Bedenk hoe het probleem aangepakt moet worden en sluit tenslotte positief af. Confronteren in een notendop.
Maar de praktijk is vaak weerbarstiger dan de schone theorie. En net als bij retorica, zal niet enkel de kennis van de theorie de bestuurder tot een goed bestuurder maken. In enkele praktische rollenspellen, die zowel plenair als in kleinere groepen plaatsvonden werd daarom flink op het confronteren geoefend.
Meer info: [email protected].
