De Tweede Kamer wil dat onderwijsminister Hermans nog deze week uitlegt waarom hij niet eerder actie heeft ondernomen in de vermeende fraudezaak in het hbo.
PvdA-kamerlid Hamer vraagt zich af waarom het ministerie van onderwijs in juni geen onderzoek instelde. Toen kwamen de eerste aanwijzingen over geknoei met de inschrijvingen aan in Zoetermeer. Minister Hermans zegt hiervan niets af te weten.
De beschuldiging van grootscheepse fraude werd in november geuit door Peter de Jong, oud-bestuurder van Saxion Hogescholen. Volgens hem schrijven diverse hogescholen, waaronder Saxion, allerlei studenten in waaraan nauwelijks onderwijs wordt gegeven. Daarmee zouden hogescholen tientallen miljoenen euro's extra verdienen. Vaak betreft het buitenlandse studenten die een talencursus of masteropleiding volgen.
De Kamerleden Eurlings (CDA), Hamer (PvdA) en Lambrechts (D66) willen dat de minister woensdagavond -nog voor het debat over deregulering en accreditatie in het hoger onderwijs- tekst en uitleg geeft over de gang van zaken.
Half januari stelden Hamer en Lambrechts al vragen aan Hermans waaruit hun onvrede blijkt over de snelheid waarmee het accountantsonderzoek wordt uitgevoerd dat in november werd ingesteld. Ze vragen waarom hij niet al vóór de zomer stappen ondernam, toen hij voor het eerst werd benaderd door De Jong.
Het spoeddebat over de al maanden slepende kwestie zal de Tweede Kamer volgens Hermans weinig nieuws opleveren. De bewindsman wacht op de conclusies van het accountantsonderzoek. De betrokken hogescholen krijgen nog enkele weken de tijd daarop te reageren.
Hermans stuurt het resultaat volgende maand naar de Kamer. Eerder sloot de minister niet uit dat het Openbaar Ministerie zou worden ingeschakeld als er daadwerkelijk onregelmatigheden zouden worden geconstateerd.
