TW stelt vanwege financiële problemen een saneringsplan: een derde van het WP moet binnen 4 jaar afvloeien en wordt slechts voor de helft vervangen, het onderwijs moet 20 % goedkoper worden uitgevoerd en het aantal promoties moet nagenoeg verdubbelen.
CvB erkent de onderbekostiging van TW en belooft daar wat aan te doen.
2002:
Van Vught roept in koor met andere rectoren dat vermindering van het aantal lessen wiskunde de kwaliteit van het wiskundeonderwijs zal schaden, maar het CvB besluit:
* Al het onderwijs is even intensief en krijgt een gelijke bekostiging, 108 Euro per StudentStudiePunt (SSP).
* De "infrastructuur" voor onderwijs (35% van de onderwijsbekostiging) wordt zo verdeeld dat TW minder dan 2% hiervan krijgt terwijl TW meer dan 11 % van het UT-onderwijs verzorgt.
2003:
TW heeft zijn deel van het saneringsplan met glans uitgevoerd.
Het CvB blijkt onbetrouwbaar (of komt het door incompetentie?): slechts een zesde deel van de infrastructurele component (de huur van de zogenaamde poolruimte) wordt nu via de SSP's verdeeld. TW krijgt daarvan dus 11%, hoewel ze 20% van de huur betalen. De prijs voor een SSP gaat nu van 108 naar 109 Euro, volstrekt onvoldoende om alle kosten, laat staan om de kostenstijgingen te betalen.
Gevolg: frustratie bij personeel, ook bij de jongste generatie, een gevecht tussen leerstoelen om bekostiging, bezuinigen op de onrendabele onderwijstaken en oneigenlijke verhoging van slagingspercentages.