(zie ook artikel rubriek Nieuws)
Forse ingrepen in de organisatie van het bachelor- en masteronderwijs, wijzigingen in het onderzoeksbeleid, het omsmelten van de twee (technische en maatschappijwetenschappelijke) UT-kernen naar één kern en de toename van de private activiteiten van de UT: over deze en andere `koerswijzigingen' die in het concept-instellingsplan worden beschreven wil de UR nog wel even stevig met het CvB van gedachten wisselen, kondigde voorzitter Geerten Schrama dinsdag namens de raad aan. Vooral de vraag of er bij medewerkers en studenten voldoende draagvlak voor te krijgen is houdt de raad bezig. Vooral de heroriëntering die het gedrags- en maatschappijwetenschappelijk onderzoek moet ondergaan, kan tot veel onrust binnen de faculteiten BBT en GW leiden, verwacht de raad.
In een eerste reactie stelde rector Frans van Vught dat de koers die het CvB, de decanen en de wetenschappelijk directeuren deze zomer gemeenschappelijk uitstippelden, geen grote wijziging inhoudt ten opzichte van de huidige. `Het is een verdere aanscherping van de koers die we nu al varen,' aldus Van Vught. `We hebben bewust gekozen voor een heldere formulering van de doelen die we willen bereiken.'Dat die doelen ambitieus zijn, erkent Van Vught, evenals de noodzaak tot het creëren van een breed draagvlak. `Je kunt er natuurlijk onderdelen uithalen, maar dan hou je een minder ambitieus plan over. Dat vind ik gevaarlijk, want dat zou de bestaanszekerheid van de UT wel eens in gevaar kunnen brengen. Ik wens de UT toe dat we een paar passen vooruit kunnen blijven lopen, in plaats van een pas op de plaats te maken.'
Het concept-instellingsplan is de komende maanden onderwerp van discussie in diverse gremia. De UR kondigde aan om ook een of meer discussiebijeenkomsten voor de UT-bevolking te zullen beleggen. De definitieve versie van het instellingsplan moet in december worden vastgesteld.