Wat is het doel van het rapport?
`Het rapport kwam tot stand door samenwerking van het Kennisinstituut Stedelijke Samenleving (KISS) en het Steunpunt Minderheden Overijssel (SMO). De twee instellingen hebben vorig jaar de praktijkkring lokaal integratiebeleid opgericht. Bedoeling hiervan was om, tijdens drie bijeenkomsten, mensen die te maken hebben met integratiebeleid te laten vertellen over hun praktijkervaringen. Wat voor problemen komen ze tegen? Wat doen ze precies? De kennis die daaruit voortkwam vormde de basis voor dit rapport: `Minderheden aan het werk in Overijssel'. Ik heb het samen geschreven met Wilbert Rodenhuis van KISS.'
Hoe zit het met allochtonen en de arbeidsmarkt in Overijssel?
`De werkloosheid bij allochtonen is groter dan bij autochtonen in deze provincie. Het tij is gekeerd, want in de jaren negentig profiteerden minderheden juist van de economische groei. Tussen 1999 en 2001 daalde de werkloosheid voor deze groep, maar steeg daarna weer. De recente werkloosheidsstijging zien we vooral bij de categorie `overige minderheden', waaronder veel voormalige asielzoekers en recente migranten.'
Toch bent u optimistisch in het rapport over de toekomstige arbeidskansen van minderheden?
`Klopt. De verwachting op langere termijn is dat de arbeidsmarkt weer aantrekt. In 2006 zal er vermoedelijk weer een nieuwe krapte op de arbeidsmarkt ontstaan. Daarnaast hebben we te maken met de vergrijzing van de autochtone bevolking. Dat betekent dat er straks zeker behoefte is aan allochtone arbeidskrachten. Gemeenten zullen er nu aan moeten gaan werken om deze groep te activeren, te scholen en te reïntegreren.'
Want waar liggen straks de arbeidsmogelijkheden?
`Er zal vooral behoefte zijn aan redelijk geschoolde arbeiders, op minimaal mbo-niveau, in de dienstensector. Het probleem is dat veel jongeren dat niveau niet halen, velen stoppen voortijdig met school. Het is dus een cruciaal punt om schooluitval te voorkomen. Daarnaast zal ook de inburgering beter moeten teneinde het opleidingsniveau van minderheden te verhogen. Bijvoorbeeld door taalonderwijs te combineren met werkervaringstrajecten.'
Een integrale aanpak van inburgering noemt u cruciaal voor de verbetering van de arbeidsmarktpositie. Het gaat nog steeds niet goed met inburgeren?
`Niet helemaal. Er is veel uitval en weinig allochtonen bereiken het gewenste taalniveau. Op dit moment vindt de inburgering té versnipperd plaats, er zijn allerlei regelingen en projecten voor nieuwkomers bij verschillende organisaties. Beter is om te kiezen voor een integrale aanpak van de inburgering. De gemeente Enschede doet dat al. Per individu moet men een concreet doel stellen, voor sommigen is dat werk, voor anderen misschien dat ze zich thuis voelen in Nederland. Daarnaast biedt de nieuwe Wet Werk en Bijstand (WWB) perspectief. Doel van de wet is immers dat meer mensen uitstromen uit de uitkering naar betaald werk. Gemeenten worden nu gestimuleerd om mensen weer aan het werk te krijgen. Veel allochtonen worden namelijk veel te snel afgeschreven. En zij vormen maar liefst driekwart van de bijstandsgerechtigden.'
