Méér jonge hoogleraren 'wel een aardig idee'

| Redactie

CvB-voorzitter prof.dr.ir. Veltman vindt dat het plan van minister Ritzen om geld uit te trekken voor het aanstellen van jonge hoogleraren een idee 'dat sympathiek over komt'. Volgens Veltman zou dat voor de drie technische universiteiten neerkomen op een bedrag van 16 tot 20 miljoen, hoewel hij niet weet waar dat geld precies vandaan moet komen. Veltman noemt het 'heel praktisch' om nieuwe mensen

CvB-voorzitter prof.dr.ir. Veltman vindt dat het plan van minister Ritzen om geld uit te trekken voor het aanstellen van jonge hoogleraren een idee 'dat sympathiek over komt'. Volgens Veltman zou dat voor de drie technische universiteiten neerkomen op een bedrag van 16 tot 20 miljoen, hoewel hij niet weet waar dat geld precies vandaan moet komen. Veltman noemt het 'heel praktisch' om nieuwe mensen iets eerder te benoemen, vooral wanneer er veel hoogleraren worden moeten vervangen. 'Zo voorkom je een slechte aansluiting', aldus Veltman.

Aan de UT is ongeveer dertig procent van de hoogleraren ouder dan 55 jaar en meer dan de helft ouder dan 50 jaar. Door de voorfinaniering van enige tientallen leerstoelen (op een landelijk totaal van 2400) wil Ritzen vanaf 1997 zorgen voor een geleidelijker opvolging om vergrijzing tegen te gaan en de pensioengolf op te vangen.

Ook prof.dr. W. van der Linden, secretaris van het College van Decanen, is te spreken over het plan van Ritzen. 'Wel een aardig idee en in ieder geval de moeite van het bekijken waard'. Financiering van het plan door minder aio's aan te stellen ziet hij echter minder zitten: 'Dat is een sigaar uit eigen doos.' Van der Linden vraagt zich vooral af wie de extra hoogleraren zou moeten betalen. 'Voor het financieren uit de eerste geldstroom heb ik meneer Ritzen niet nodig. Dat is een rare gang van zaken gezien de lump-sum financiering en we betalen nu al zoveel aio's uit de tweede en derde geldstroom', aldus de secretaris. 'Bovendien vrezen we, zoals altijd, bij extra geld voor de verdeling daarvan. Wij hebben relatief weinig hoogleraren in dienst en zouden er dus weinig voordeel van hebben bij een evenredige verdeling.'

Veltman heeft geen uitgesproken voorkeur voor jonge hoogleraren: 'Bij sommige vakgebieden, zoals wiskunde, maken we graag gebruik van jonge mensen. Wanneer er echter een lange bedrijfservaring vereist is zullen het meer ervaren mensen moeten zijn. In ieder geval zijn de nieuwe hoogleraren altijd jonger dan de gepensioneerden.'

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.