Volgens prof. dr. Wubbo Ockels wordt het tijd voor de mens om weer eens de wijde ruimte in te kijken en indien mogelijk een reis naar Mars, die zeker zeven maanden in beslag zal nemen, te plannen. 'We moeten ophouden met navelstaren. Wie alleen op zichzelf let, wordt ziek, vooral mentaal', aldus Ockels die in 1985 zelf deel uitmaakte van de Spacelab D-1 missie op de Challanger waarbij hij zeven dagen in de ruimte was.
De huidige hoogleraar lucht- en ruimtevaart in Delft was gisteren dagvoorzitter bij het 25-jarige lustrum van Arago, de studievereniging van Technische Natuurkunde. Arago hield een symposium onder de titel 'Missie naar Mars, over 25 jaar binnen handbereik?'. Ruim driehonderd studenten en jonge onderzoekers bezochten de gevarieerde lezingenreeks. Ockels was vooral benieuwd of 'Mars net zo belangrijk is voor jullie als voor mij'. Hij noemde dat een voorwaarde wil de huidige generatie als eerste voet op Mars zetten.
Op de planeet zijn de vulkanen groter dan de Mount Everest, de dalen dieper dan de Grand Canyon en het oppervlak voornamelijk rood. De atmosfeer is dun en bestaat voornamelijk uit koolzuurgas, het stormt er continu met windsnelheden rond de twintig meter per seconde, de gemiddelde temperatuur aan de grond is 23 graden onder nul, water en zuurstof zijn er nog nooit waargenomen. Geen pretje, maar toch is Mars de enige planeet die in aanmerking komt voor het bestaan van leven, nu of vroeger.
Wubbo Ockels was de bekendste Nederlander op het Arago-symposium.