Loopbaancounseling vindt al een jaar of vijf plaats. Tot voor kort gebeurde het met mensen die zich aanmeldden voor de Mobiliteitsbank. Vorig jaar vonden maar liefst 260 gesprekken plaats. De Mobiliteitsbank is inmiddels afgeschaft, maar loopbaangesprekken kunnen nog steeds aangevraagd worden. In totaal houden zes mensen van P&O en de faculteiten zich met het voeren van dergelijke gesprekken bezig.
De meesten melden zich aan met het idee: 'Ik wil wel eens iets anders, maar ik weet niet precies wat'. Intensieve gesprekken moeten dat onbestemde verlangen concreet boven tafel krijgen. Bovendien vindt er een inventarisatie van mogelijkheden en capaciteiten van de betrokkene plaats. 'In eerste instantie komt de vraag 'wie ben jij?', hoe zit je in elkaar, wat vind je leuk?. Dan komt de vraag 'waar ga je voor?' en wat wil iemand nu eigenlijk in zijn werkende leven. De laatste vraag is hoe we dat doel kunnen gaan realiseren', licht Asselbergs toe.
Veel mensen blijken de gesprekken als plezierig te ervaren. 'Het is diepgravend en persoonlijk, maar mensen geven zelf aan hoe ver we gaan'. Asselbergs vindt het niet therapeutisch toegaan. 'Je moet wel goed naar jezelf kijken. Het gaat op een kritische manier over hen en we willen ook veranderingen oproepen. De klant bepaalt echter hoe ver het gaat en manipulatie komt er niet aan te pas'.
De betrokkenen moeten daarop ook zelf aan de slag om de omschreven doelen te gaan bereiken. 'We geven geen baangarantie'. Sommigen blijken na de gesprekken duidelijk te hebben gekregen dat de huidige functie eigenlijk het best bij hen past en staken hun zoektocht naar iets anders. Anderen gaan trainingen of cursussen volgen, werken voor een bepaalde periode in een wisselfunctie of gaan gesprekken voeren met mensen die een door hen beoogde baan hebben. Velen gaan ook solliciteren. 'Wij kunnen eventueel ook nog een sollicitatiecursus bieden of helpen bij het schrijven van een brief', meldt Asselbergs.
Alles draait, wat P&O betreft, om mobiliteit. Daarvan is er te weinig binnen de UT en dat is slecht voor de organisatie en voor de mensen, vindt Asselbergs. 'Met deze gesprekken genereer je mobiliteit van onderaf, vanuit de mensen zelf. Natuurlijk, de gesprekken met de organisatie moeten doorgaan, maar ik denk dat gesprekken met de betrokkenen zelf een cultuuromslag kunnen gaan bewerkstelligen. En dat is nodig om mensen gemakkelijker van functie te laten veranderen'.
Mobiliteitsplan aarzelend op gang
De eerste actiepunten van het Stimuleringsplan Mobiliteit en Loopbaanbegeleiding beginnen vorm te krijgen. Het plan omvat meer aandacht voor mobiliteit van personeel, maar vooral het geven van speciale aandacht aan geselecteerde groepen. Bij de financieel-administratieve functies is Personeel & Organisatie inmiddels het verst.
Met de mensen van zes van de acht financiële clusters is gesproken. Binnenkort beginnen daar de loopbaanoriëntatiegesprekken en die kunnen eventueel een opstapje vormen voor intensievere gesprekken. Daarna wordt gekeken naar mogelijke wisselfuncties, stageplaatsen en houdt P&O de vacatures scherp in de gaten. Harm van Egmond, coördinator van het plan, verwacht er wel wat van. 'Men wil wel. Je wordt tamelijk verwachtingsvol aangekeken. Binnen deze groep verwachten we zo'n zestig tot zeventig gesprekken te hebben en die mòèten wel gevolgen hebben'.
Bij de technische en automatiserings-functies gaat het allemaal wat langzamer, maar ook daar zijn de eerste contacten gelegd. Bij Restauratieve Voorzieningen hebben de eerste gesprekken met de leidinggevenden plaatsgevonden. De laatste categorie, die extra aandacht krijgt, bestaat uit de universitair docenten van Chemische Technologie en Informatica. Daar gaat het proces langzaam. Er is een discussiemiddag in voorbereiding, maar daar blijft het tot die tijd bij.
Van Egmond verwacht dat vooral bij de financieel-administratieve functies binnenkort de eerste resultaten geboekt gaan worden. 'Verhoogde mobiliteit vergt een cultuuromslag op twee fronten. Bij de bazen en bij het personeel. Daar gaat tijd overheen'. Als de eerste vier projecten goed op de rails staan, wil P&O zich gaan storten op een UT-breed mobiliteitsbeleid. Zover is het echter nog lang niet. 'Nee, het gaat langzaam, maar ik ben optimistisch. Er komt schot in', vindt Van Egmond.