Studenten zien weinig in onderwijsplannen

| Redactie

UT-studenten vinden zelf dat er aan hun motivatie wel wat te verbeteren valt. Ook de studeerbaarheid van de UT-opleidingen valt hen tegen. Of de tot nu toe ontwikkelde plannen voor het onderwijs de meest geschikte methodes voor verbeteringen van beide problemen zijn, daar hebben ze hun vraagtekens bij. Dit blijkt uit een enquête, die het AfdelingsGroepenOverleg (AGO), de ProjectgroepOpleidingsCommissies (POC) en de Studentenvakbond SRD hielden onder negenhonderd studenten. In blok- en projectonderwijs zien de studenten weinig. Meer afwisseling aanbrengen in de huidige onderwijsvormen zal, zo denken de studenten, de motivatie verhogen en de resultaten verbeteren.

De drie groepen hielden de enquête naar aanleiding van voorstellen van de commissie Toekomst UT OndeRwijs (TUTOR). Een verlenging van de jaarcyclus van 39 naar 42 weken, één hertentamenperiode per jaar minder, blok- en projectonderwijs en meer aandacht voor het ontwerpen vormen een belangrijk deel van de plannen waarmee het onderwijs beter en aantrekkelijker gemaakt zou kunnen worden.

Gezien de lage respons van nog geen 25 procent lijkt de belangstelling voor onderwijsvernieuwing niet groot. Per studierichting werden twintig studenten uit iedere lichting aangeschreven. De studierichtingen Civiele Technologie & Management, Toegepaste Communicatie Wetenschappen, Bestuurlijke Informatietechnologie en Wijsbegeerte van Wetenschap, Technologie en Samenleving werden buiten het onderzoek gehouden omdat ze te klein zijn voor een goede steekproef of te kort bestaan.

De aangeschreven studenten, die wèl hun formulier instuurden, reageerden overwegend negatief op de TUTOR-voorstellen. Vooral de studenten die in de praktijk al ervaring hebben opgedaan met blok- en projectonderwijs zijn daar weinig enthousiast over. Het verlengen van de jaarcyclus en het schrappen van één hertentamenperiode valt eveneens bij weinig studenten in goede aarde. Vooral het verkleinen van het aantal hertentamens zorgt bij maar liefst 83 procent van de respondenten voor een afwijzende reactie.

Toch vindt een flink deel van de studenten de studie niet studeerbaar genoeg. Met name de technische studies kampen met dat probleem, zo blijkt uit het rapport 'Studenten over de toekomst van het UT-onderwijs'. 76 Procent van de techniekstudenten vindt de studie niet studeerbaar. 47 Procent van de studenten, die een maatschappij-wetenschappelijke opleiding volgen, vindt dit van hun studie.

Meer afwisseling in denken en doen en in bestuderen en toepassen kan de motivatie verhogen en de studie studeerbaarder maken, zo blijkt een groot deel van de ondervraagden van mening. Studenten vinden hoor- en werkcolleges prima vormen van onderwijs, vooral als ze meer afwisseling bevatten.

De drie groepen hebben het rapport inmiddels binnen de UT verstuurd en wachten reacties af. Ir. Hans Kleintjens, griffier van TUTOR, verwacht dat het rapport ter kennisgeving wordt aangenomen. 'De respons is heel laag geweest en de vraagstelling is zo nu en dan zo geweest dat het geven van een bepaald soort antwoord gestimuleerd werd', zo luidt zijn kritiek op het onderzoek.

Dat vooral studenten, die in de praktijk met blok- en projectonderwijs bezig zijn, negatief op de onderwijsvernieuwingen reageren, is volgens hem niet vreemd. 'Als je Elektrotechniek studeert moet je snel aan de slag. Je huisgenoten zitten nog lekker in de zon en jij bent al aan het werk. Dat is niet altijd prettig, maar de nieuwe onderwijsvormen zijn wèl bedoeld om mensen sneller aan het studeren te krijgen'.

Kleintjens verwacht dat TUTOR weinig met de uitkomsten van de enquête zal doen. 'Maar het is natuurlijk wel een duidelijk signaal dat studenten weinig zien in onderwijsvernieuwing en dat houden we zeker in ons achterhoofd'.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.