Bettie Serveert is een van die weinige Nederlandse bands die in het buitenland populair zijn. Gelukkig echter treedt het viertal ook in Nederland op, en DPO weet ze zelfs naar De Vrijhof te krijgen.
Afgelopen zaterdag gaf de groep daar een uitstekend concert in een volle Agora. In het voorprogramma stond de Amerikaanse band Flophouse, die het publiek wel wist te vermaken met een eenvoudig rockgeluid. Een amusant geluid, dat wel, maar de enthousiaste muzikanten zouden voor wat meer diepzinnigheid in hun muziek bij het orenschijnlijk door hen geïmiteerde Buffalo Tom te rade moeten gaan.
Bettie Serveert hoeft de kunst niet van de groten af te kijken. Hoewel de muziek natuurlijk wel enigszins terug te voeren is op andere gitaarmuziek, heeft de groep toch vanaf haar eerste plaat 'Palomine' een herkenbaar 'Bettie-geluid' geproduceerd. Dit geluid wordt vooral gevormd door een gitaarduo en de bijzondere stem van Carol van Dijk.
En dat muzikanten optreden leuk vinden, ook zonder er het element 'show' aan te willen verbinden, was zaterdag te zien. De bassist wilde nog wel eens wat met zijn lijf draaien, Peter Visser sloofde zich af en toe behoorlijk uit op zijn gitaar, bij leidster Carol van Dijk wiebelde hooguit het dijbeen wat heen en weer en was er niets van poespas te bespeuren. Voor een enthousiast publiek speelden ze hun prachtige liedjes van beide platen die ze gemaakt hebben.
De muziek wordt langzamerhand misschien wat al te herkenbaar. Twee nieuwe nummers die gezongen werden braken niet echt met het bestaande repetoire.
Het enige 'foute' aan het concert was eigenlijk dat enorme spandoek met een armpje erop dat de muur van de Agora bedekte. Toegegeven, een Vrijhof-grijze muur is ook niet mooi, maar een oplichtend spandoek dat zo'n armpje een pseudo-magische uitstraling geeft? Dat lijkt toch nog op overbodige poespas.