'Doel is', legt Van Slooten uit, 'een allesomvattend vak, van marketing tot invoering, ter afronding van de I-stroom.' Het vak confronteert studenten met het hele traject tot en met de invoering van de kaart. Alle kennis die is opgedaan moet geïntegreerd worden toegepast.
Naast negen colleges krijgen de studenten twee opdrachten. Eerst wordt in groepjes van vier een rapport geschreven over aspecten als marketing, service en inpassing binnen de betreffende organisaties. Daarna maken tweetallen een onderdeeltje van het systeem. Bijvoorbeeld een programma voor het prototype van een schermlay-out, waarmee de student adresgegevens bij de Informatie Beheer Groep (IBG) kan wijzigen.
De werkgroep die de invoering van de smartcard voorbereid is zeer geïnteresseerd in de uitkomst van de opdrachten. 'Als zij er leuke dingen inzien is dat meegenomen, maar dat is niet het doel van het vak', verzekert Wassenaar.
De invoering van de smartcard op de UT leent zich om verschillende redenen uitstekend voor de beoogde case-study. Stond aanvankelijk vooral de ontwikkeling van bestuurlijke informatiesystemen voor managers centraal, tegenwoordig wordt informatietechnologie ook toegepast in het primaire bedrijfsproces en de dienstverlening.
Informatietechnologen krijgen daarom steeds vaker te maken met een commerciële aspecten. Niet collega's, maar klanten buiten het bedrijf moeten worden bediend. De intensievere samenwerking met de vakgroep Marketing illustreert dat deze trend ook tot de faculteit is doorgedrongen.
Het is tevens een van de redenen voor de bredere opzet van de case-study. 'Door de grote groep gebruikers wordt bovendien de menselijke factor meer benadrukt', aldus Van Slooten. Alblas wijst op de maatschappelijke en culturele gevolgen die invoering van een chipcard kan hebben. Het is bijvoorbeeld mogelijk de kaart als elektronische portemonnee te gebruiken. Hoe vinden gebruikers dat?
Bovendien spelen bij de invoering van de smartcard maar liefst vier partijen (de UT, IBM, de PTT en de IBG) een rol. 'In feite ontstaat een projectorganisatie op zichzelf', aldus Wassenaar. 'Uiteraard heeft dat consequenties voor de organisatiestructuur van elke partner. Ook binnen de universiteit moeten diensten samenwerken die dat voorheen nooit deden.'
Waarschijnlijk wordt het vak twee jaar gegeven. Daarna zien de docenten weer nieuwe uitdagende cases in het verschiet liggen, want zij voorspellen de chipcard een gouden toekomst. Veel bedrijven en instellingen, waaronder een aantal ziekenhuizen en Schiphol, zouden belangstelling hebben voor zo'n kaart.
