1. Alleen al de kop: Dominee ziet religieus element in popmuziek. Ik heb mijzelf niet als dominee gepresenteerd, maar als theoloog, die tevens liefhebber is van popmuziek. De sporen van religie in de popmuziek interesseren mij puur als kultuurverschijnsel. Wat ik er in mijn hoedanigheid van dominee mee doe is niet relevant en heb ik ook die middag buiten de orde gehouden. Evenals alle waarde-oordeel. Ik heb geen enkel belang. Ik constateert slechts als theoloog en als popmuziekliefhebber.
2. Vervolgens teken ik bezwaar aan tegen de insinuerende toon van: dominee zièt... en: dominee vindt... en: volgens Jansen ... De heer van Raaij spreekt zichzelf daarmee overigens tegen in de zin: 'Jansen brengt hoofdzakelijk feitelijk verhaal.' Het gaat er inderdaad niet om wat ik al dan niet ziè of vind. Je moet wel een behoorlijke hoeveelheid Tukkerse zandgrond in de ogen hebben om niet te zien dat de popkultuur sporen van religie vertoont. Ze dringen zich simpelweg aan je op. Niet de theologie annexeert de popmuziek: de popmuziek zèlf maakt zonder terughoudendheid en willekeurig gebruik van symbolen uit de traditionele godsdiensten. Ik wijs alleen maar aan wat in de popkulturen zelf naar voren wordt gebracht.
3. Van Raaij's bevooroordeelde instelling komt ook aan het licht in zijn 'invulling' van mijn persoon. Dat is al heel snel: om iemand in pakweg anderhalf uur op afstand te typeren als een 'godvrezende huisvader, die MTV trotseert'. Ik weet niet hoe oud de scribent is, maar vermoedelijk was ik al liefhebber van popmuziek, toen van Raaij nog 'in de lendenen van zijn vader zat' (om maar eens een bijbelse uitdrukking te gebruiken ), een oord overigens waar hij wat mij betreft gerust had mogen blijven. Kan dat niet: theoloog zijn, ja, zelfs (!) dominee zijn en tegelijk liefhebber van popmuziek? Ik dacht het wel, meneer van Raaij. overigens: popmuziek ligt mij beter in het gehoor - qua muziek - dan de psalmen.
4. Rondweg misselijk is ook het refereren aan een zg. Saulusbekering in de poptekst 'Amazing', waar volgens van Raaij 'een dominee wel pap van zou lusten'. Dominee lust toevallig geen pap van dit soort bekeringen - het is namelijk een uniek verhaal. En van Raaij had dat heel goed kunnen weten als hij die middag de moeite had genomen om te luisteren. Met geen woord heb ik iets van bekering gesuggereerd. Ik heb de omslag in de tekst aangewezen, niet meer en niet minder. Dat dit alles in liturgische taal is weergegeven is onmiskenbaar een feit. Dat kan ik ook niet helpen. En ik verwacht daarbij van de heren Aerosmith heus geen bekering à la Saulus. Ik heb ook de vraag waarom de tekstdichter deze woordkeus bezigt open gelaten. Invulling uwerzijds, meneer van Raaij, allemaal invulling uwerzijds. Ik wou dat u net zo onbevangen naar mijn verhaal geluisterd had als ik naar popmuziek luister.
5. Weinig levensvreugde in mijn serieuze verhaal. Een serieus verhaal was misschien de opzet, zou het niet? Daarbij: ik heb aangegeven - en dat was zelfs een tekst bij de foto - dat er wel degelijk sprake is van 'viering van het leven' op popfestivals (iets waarvan de kerken nog wat kunnen leren, voeg ik er nu als dominee aan toe!). Verder kan ik het ook niet mooier maken dan het is. Levensvreugde bij housers, die de werkweek als een hel ervaren? Levensvreugde bij de deathmetal met z'n grafstemmen en keldermuziek? Begrijp me goed, ik kan die muziek best waarderen, maar nou niet bepaald vanwege z'n levensvreugde. Een pré van de hedendaagse popmuziek vind ik juist dat ze de wereld in al z'n grauwheid en onrecht schildert. Maar dan moet men mij niet van gebrek aan levensvreugde beschuldigen. Een serieus verhaal - tja, dat was mijn opdracht. Het tendentieuze, vooringenomen artikel van van Raaij heeft mij in ieder geval véél levensvreugde bezorgd. Het was mij namelijk een groot genoegen deze prietpraat aan de kaak te stellen.
Wim Jansen,
theoloog, popmuziekliefhebber, predikant SOW-gemeente Enschede
Naschrift BvR: Kort dan. Ik weet niet wat er mankeert aan het woord dominee of de zinsnede 'dominee vindt...'. Ik beloof wel nóóit meer iemands saaie verhaal op te vrolijken met een speelse noot. Gezien mijn getrouwe weergave van zijn verhaal slaat de term 'prietpraat' vooral op Jansen zelf. Kortom, dominee heeft lange tenen en geen gevoel voor humor. Overigens zou ik het niet in mijn hoofd halen iemands geboorte openlijk te betreuren. Of wil dominee zich nu opeens op gevoel voor humor gaan beroepen? (BvR)