De zondag als rustdag kent een andere oorsprong. Hij is ingesteld door Constantijn de Grote als tegemoetkoming aan een sociaal maatschappelijk verlangen naar rust. Voor het Edict van Milaan werkte iedere Romeinse slaaf nog zeven lange dagen in de week. Met een wekelijkse rustdag ontstond ruimte voor uitgebreidere religieuze vieringen, maar ook de mogelijkheid om een hele ochtend ontspannen te gaan zitten vissen, om een extra lange wandeling met de hond te maken, om uren achtereen te surfen op internet, of gewoon om eens lekker uit te slapen. Al deze activiteiten zouden ernstig verstoord worden wanneer een geliberaliseerde aannemer zou besluiten op zondagochtend eens even fijne een heipaal in de grond te gaan stampen. En dat is nou precies wat de Zondagswet beoogt te voorkomen.
Hoewel de kerk opportuun genoeg was om de maatschappelijk verlangde rustdag vier eeuw na keizer Constantijn dan ook maar op te nemen in haar wetboek, blijft er de hele geschiedenis door duidelijk onderscheid bestaan tussen de zondag als christelijke vierdag en de behoefte aan regelmatig een rustdag. Ook niet-christelijke culturen voerden rustdagen in. En onder communistisch regime werd de kerk verboden, maar bleef de zondag als rustdag gewoon gehandhaafd.
Zo af en toe staat er echter een Kamerlid op dat dermate gebukt gaat onder de traumatische herinnering aan zijn religieuze bakermat dat hij iedere wet die ook maar riekt naar kerkelijke bemoeizucht ter discussie moet stellen. Meneer Rehwinkel, ik leg het u nog eenmaal uit. Iedereen mag in Nederland de vierdag vieren die hij vieren wil. Maar de plaats van de rustdag in de week is iets dat je gezamenlijk afspreekt. Als christenen op alle dagen heiden behalve op zondag, en moslims op alle dagen behalve op vrijdag, dan blijft er voor de arme heidense socialist geen enkele ochtend meer over waarop hij rustig kan gaan vissen.
Zegt u het maar, wat zal het worden? De vrijdag, de zaterdag of de zondag? Nee, alledrie mag niet! Hoezeer ik het ook zou toejuichen, drie dagen achtereen geen herrie maken, daar is onze bevolking niet toe in staat. Met zo'n wens kunt u toch maar beter het klooster in gaan. Wat murmelt u nu? Ik versta u niet goed. Dan toch maar de zondag? Ja, ik begrijp dat uw multiculturele verhaal nu in duigen valt. Maar troost u, wie een andere rustdag is gewend wordt door de Zondagswet netzomin gediscrimineerd als de Engelsman door onze afspraak om rechts te rijden.